Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ١٢ / صفحة ٢٣١

Hud 82-88, Koran - Djuz' 12 - Pagina 231

Djuz'-12, Pagina-231 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-12, Pagina-231 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-12, Pagina-231 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
فَلَمَّا جَاء أَمْرُنَا جَعَلْنَا عَالِيَهَا سَافِلَهَا وَأَمْطَرْنَا عَلَيْهَا حِجَارَةً مِّن سِجِّيلٍ مَّنضُودٍ ﴿٨٢﴾
11/Hud-82: Falamma jaa amruna jaAAalna AAaliyaha safilaha waamtarna AAalayha hijaratan min sijjeelin mandoodin
Toen dan Ons bevel kwam, keerden Wij het (land) ondersteboven. En Wij deden er stenen van gebakken klei op neerregenen, in lagen. (82)
مُّسَوَّمَةً عِندَ رَبِّكَ وَمَا هِيَ مِنَ الظَّالِمِينَ بِبَعِيدٍ ﴿٨٣﴾
11/Hud-83: Musawwamatan AAinda rabbika wama hiya mina alththalimeena bibaAAeedin
Gekenmerkt bij jouw Heer. En deze (bestraffing) is voor de onrechtplegers niet ver. (83)
وَإِلَى مَدْيَنَ أَخَاهُمْ شُعَيْبًا قَالَ يَا قَوْمِ اعْبُدُواْ اللّهَ مَا لَكُم مِّنْ إِلَهٍ غَيْرُهُ وَلاَ تَنقُصُواْ الْمِكْيَالَ وَالْمِيزَانَ إِنِّيَ أَرَاكُم بِخَيْرٍ وَإِنِّيَ أَخَافُ عَلَيْكُمْ عَذَابَ يَوْمٍ مُّحِيطٍ ﴿٨٤﴾
11/Hud-84: Wa-ila madyana akhahum shuAAayban qala ya qawmi oAAbudoo Allaha ma lakum min ilahin ghayruhu wala tanqusoo almikyala waalmeezana innee arakum bikhayrin wa-innee akhafu AAalaykum AAathaba yawmin muheetin
En tot (de bewoners van) van Madyan (zonden Wij) hun broeder (Sjoe'aib). Hij zei: "O mijn volk, aanbidt Allah, er is voor jullie geen god dan Hij, en vermindert niet de maat en de weegschaal. Voorwaar, ik zie dat jullie in goede doen zijn en voorwaar, ik vrees voor jullie de bestraffing op een allesomvattende Dag." (84)
وَيَا قَوْمِ أَوْفُواْ الْمِكْيَالَ وَالْمِيزَانَ بِالْقِسْطِ وَلاَ تَبْخَسُواْ النَّاسَ أَشْيَاءهُمْ وَلاَ تَعْثَوْاْ فِي الأَرْضِ مُفْسِدِينَ ﴿٨٥﴾
11/Hud-85: Waya qawmi awfoo almikyala waalmeezana bialqisti wala tabkhasoo alnnasa ashyaahum wala taAAthaw fee al-ardi mufsideena
En: "O mijn volk, geeft de volle maat en vult de weegschaal tot het gelijke gewicht, en benadeelt de mensen niet in hun rechten, en bedrijft geen kwaad op aarde door verderf te zaaien. (85)
بَقِيَّةُ اللّهِ خَيْرٌ لَّكُمْ إِن كُنتُم مُّؤْمِنِينَ وَمَا أَنَاْ عَلَيْكُم بِحَفِيظٍ ﴿٨٦﴾
11/Hud-86: Baqiyyatu Allahi khayrun lakum in kuntum mu/mineena wama ana AAalaykum bihafeethin
Wat (aan voorziening na het eerlijk afwegen) overblijft van Allah is beter voor jullie, als jullie gelovigen zijn. En ik ben geen waker over jullie." (86)
قَالُواْ يَا شُعَيْبُ أَصَلاَتُكَ تَأْمُرُكَ أَن نَّتْرُكَ مَا يَعْبُدُ آبَاؤُنَا أَوْ أَن نَّفْعَلَ فِي أَمْوَالِنَا مَا نَشَاء إِنَّكَ لَأَنتَ الْحَلِيمُ الرَّشِيدُ ﴿٨٧﴾
11/Hud-87: Qaloo ya shuAAaybu asalatuka ta/muruka an natruka ma yaAAbudu abaona aw an nafAAala fee amwalina ma nashao innaka laanta alhaleemu alrrasheedu
Zij zeiden: "'O Sjoe'aib, gebiedt jouw shalât dat wij verlaten wat onze voorvaderen aanbaden, of dat wij ophouden met onze bezittingen te doen wat wij willen? Voorwaar, je bent zeker zachtmoedig, verstandig" (87)
قَالَ يَا قَوْمِ أَرَأَيْتُمْ إِن كُنتُ عَلَىَ بَيِّنَةٍ مِّن رَّبِّي وَرَزَقَنِي مِنْهُ رِزْقًا حَسَنًا وَمَا أُرِيدُ أَنْ أُخَالِفَكُمْ إِلَى مَا أَنْهَاكُمْ عَنْهُ إِنْ أُرِيدُ إِلاَّ الإِصْلاَحَ مَا اسْتَطَعْتُ وَمَا تَوْفِيقِي إِلاَّ بِاللّهِ عَلَيْهِ تَوَكَّلْتُ وَإِلَيْهِ أُنِيبُ ﴿٨٨﴾
11/Hud-88: Qala ya qawmi araaytum in kuntu AAala bayyinatin min rabbee warazaqanee minhu rizqan hasanan wama oreedu an okhalifakum ila ma anhakum AAanhu in oreedu illa al-islaha ma istataAAtu wama tawfeeqee illa biAllahi AAalayhi tawakkaltu wa-ilayhi oneebu
Hij zei: "O mijn volk, wat denken jullie, als ik op een duidelijk bewijs van mijn Heer steun, en Hij voorziet mij van Zijn Zijde met een goede voorziening, (zou ik Hem ongehoorzaam zijn)? En ik wil mij niet tegenover jullie schuldig maken aan wat ik jullie verbied. Ik wens slechts verbetering volgens mijn vermogen, en er is voor mij geen goddelijke overeenstemming dan bij Allah. Op Hem heb ik mijn vertrouwen gesteld en tot Hem keer ik terug." (88)