Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٢١ / صفحة ٤١٤

Luqman 29-34, Koran - Djuz' 21 - Pagina 414

Djuz'-21, Pagina-414 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-21, Pagina-414 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-21, Pagina-414 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
أَلَمْ تَرَ أَنَّ اللَّهَ يُولِجُ اللَّيْلَ فِي النَّهَارِ وَيُولِجُ النَّهَارَ فِي اللَّيْلِ وَسَخَّرَ الشَّمْسَ وَالْقَمَرَ كُلٌّ يَجْرِي إِلَى أَجَلٍ مُّسَمًّى وَأَنَّ اللَّهَ بِمَا تَعْمَلُونَ خَبِيرٌ ﴿٢٩﴾
31/Luqman-29: Alam tara anna Allaha yooliju allayla fee alnnahari wayooliju alnnahara fee allayli wasakhkhara alshshamsa waalqamara kullun yajree ila ajalin musamman waanna Allaha bima taAAmaloona khabeerun
Zie jij niet dat Allah de nacht in de dag doet overgaan en Hij de dag doet overgaan in de nacht en Hij de zon en de maan dienstbaar heeft gemaakt en dat allen tot een vastgesteld tijdstip bewegen? En voorwaar, Allah is Alwetend over wat jullie doen. (29)
ذَلِكَ بِأَنَّ اللَّهَ هُوَ الْحَقُّ وَأَنَّ مَا يَدْعُونَ مِن دُونِهِ الْبَاطِلُ وَأَنَّ اللَّهَ هُوَ الْعَلِيُّ الْكَبِيرُ ﴿٣٠﴾
31/Luqman-30: Thalika bi-anna Allaha huwa alhaqqu waanna ma yadAAoona min doonihi albatilu waanna Allaha huwa alAAaliyyu alkabeeru
Dat is zo omdat Allah de Waarheid is en omdate wat zij naast Hem aanroepen de valsheid is. En omdat Allah de Verhevene, de Grootste is. (30)
أَلَمْ تَرَ أَنَّ الْفُلْكَ تَجْرِي فِي الْبَحْرِ بِنِعْمَتِ اللَّهِ لِيُرِيَكُم مِّنْ آيَاتِهِ إِنَّ فِي ذَلِكَ لَآيَاتٍ لِّكُلِّ صَبَّارٍ شَكُورٍ ﴿٣١﴾
31/Luqman-31: Alam tara anna alfulka tajree fee albahri biniAAmati Allahi liyuriyakum min ayatihi inna fee thalika laayatin likulli sabbarin shakoorin
Zie jij niet dat de schepen op de zee varen door de gunst van Allah, opdat Hij jullie van Zijn Tekenen laat zien? Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor iedere goduwige en dankbare. (31)
وَإِذَا غَشِيَهُم مَّوْجٌ كَالظُّلَلِ دَعَوُا اللَّهَ مُخْلِصِينَ لَهُ الدِّينَ فَلَمَّا نَجَّاهُمْ إِلَى الْبَرِّ فَمِنْهُم مُّقْتَصِدٌ وَمَا يَجْحَدُ بِآيَاتِنَا إِلَّا كُلُّ خَتَّارٍ كَفُورٍ ﴿٣٢﴾
31/Luqman-32: Wa-itha ghashiyahum mawjun kaalththulali daAAawoo Allaha mukhliseena lahu alddeena falamma najjahum ila albarri faminhum muqtasidun wama yajhadu bi-ayatina illa kullu khattarin kafoorin
En wanneer golven als wolken hen bedekken roepen zij Allah aan, Hem zuiver aanbiddend. Wanneer Wij hen dan hebben gered en aan land hebben gebracht, dan zijn er onder hen die gematigd (tussen geloof en ongeloof) zijn. En nieniand anders ontkent Onze Tekenen dan iedere verrader en ondankbare. (32)
يَا أَيُّهَا النَّاسُ اتَّقُوا رَبَّكُمْ وَاخْشَوْا يَوْمًا لَّا يَجْزِي وَالِدٌ عَن وَلَدِهِ وَلَا مَوْلُودٌ هُوَ جَازٍ عَن وَالِدِهِ شَيْئًا إِنَّ وَعْدَ اللَّهِ حَقٌّ فَلَا تَغُرَّنَّكُمُ الْحَيَاةُ الدُّنْيَا وَلَا يَغُرَّنَّكُم بِاللَّهِ الْغَرُورُ ﴿٣٣﴾
31/Luqman-33: Ya ayyuha alnnasu ittaqoo rabbakum waikhshaw yawman la yajzee walidun AAan waladihi wala mawloodun huwa jazin AAan walidihi shay-an inna waAAda Allahi haqqun fala taghurrannakumu alhayatu alddunya wala yaghurrannakum biAllahi algharooru
O mensen, vreest jullie Heer en weest bevreesd voor een Dag waarop een vader zijn zoon niet van nut kan zijn, noch een zoon zijn vader in iets van nut kan zijn. Voorwaar, de belofte van Allah is waar, Laat daarom het wereldse leven jullie niet verleider en hat de verleider jullie niet van Allah wegleiden. (33)
إِنَّ اللَّهَ عِندَهُ عِلْمُ السَّاعَةِ وَيُنَزِّلُ الْغَيْثَ وَيَعْلَمُ مَا فِي الْأَرْحَامِ وَمَا تَدْرِي نَفْسٌ مَّاذَا تَكْسِبُ غَدًا وَمَا تَدْرِي نَفْسٌ بِأَيِّ أَرْضٍ تَمُوتُ إِنَّ اللَّهَ عَلِيمٌ خَبِيرٌ ﴿٣٤﴾
31/Luqman-34: Inna Allaha AAindahu AAilmu alssaAAati wayunazzilu alghaytha wayaAAlamu ma fee al-arhami wama tadree nafsun matha taksibu ghadan wama tadree nafsun bi-ayyi ardin tamootu inna Allaha AAaleemun khabeerun
Voorwaar, Allah beschikt over de kennis van het Uur, en Hij zendt de regen neer, en Hij kent wat zich in de schoten bevindt. En niemand weet wat hij morgen zal doen. En niemand weet op welke grond hij zal sterven. Voorwaar, Allah is van alles op de hoogte, Alwetend. (34)