Nederlands
[
Veranderen
]
Коран на български език
Коран на русском языке
Quran di Indonesia
Corán en español
Koran on-Nederlandse
Coran en français
Koran auf Deutsch
Quran in English
Kuran-ı Kerim Türkçe Meali
Koran
Soeras in de Koran
Juz' in de Koran
Luister Koran (nieuwe)
Dempen (Actief)
Abu Bakr al Shatri
Maher Al Mueaqly
Mishary al Afasy
القرآن الكريم / جزئها ٢٨ / صفحة ٥٤٢
القرآن الكريم
»
جزئها ٢٨
»
القرآن الكريم / جزئها ٢٨ / صفحة ٥٤٢
Al-Mujadilah 1-6, Koran - Djuz' 28 - Pagina 542
de Heilige Koran
»
Juz' in de Koran
»
Djuz' 28
»
Al-Mujadilah 1-6, Koran - Djuz' 28 - Pagina 542
Luister Koran Pagina-542
سورة الـمجادلـة
Soera Al-Mujadilah
Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi
قَدْ سَمِعَ اللَّهُ قَوْلَ الَّتِي تُجَادِلُكَ فِي زَوْجِهَا وَتَشْتَكِي إِلَى اللَّهِ وَاللَّهُ يَسْمَعُ تَحَاوُرَكُمَا إِنَّ اللَّهَ سَمِيعٌ بَصِيرٌ
﴿١﴾
58/Al-Mujadilah-1: Qad samiAAa Allahu qawla allatee tujadiluka fee zawjiha watashtakee ila Allahi waAllahu yasmaAAu tahawurakuma inna Allaha sameeAAun baseerun
Waarlijk, Allah heeft de woorden gehoord van haar die bij jou twistte over haar echtgenoot en zij klaagt bij Allah. En Allah hoorde het gesprek van jullie beiden aan. En Allah is Alhorend, Alziend. (1)
الَّذِينَ يُظَاهِرُونَ مِنكُم مِّن نِّسَائِهِم مَّا هُنَّ أُمَّهَاتِهِمْ إِنْ أُمَّهَاتُهُمْ إِلَّا اللَّائِي وَلَدْنَهُمْ وَإِنَّهُمْ لَيَقُولُونَ مُنكَرًا مِّنَ الْقَوْلِ وَزُورًا وَإِنَّ اللَّهَ لَعَفُوٌّ غَفُورٌ
﴿٢﴾
58/Al-Mujadilah-2: Allatheena yuthahiroona minkum min nisa-ihim ma hunna ommahatihim in ommahatuhum illa alla-ee waladnahum wa-innahum layaqooloona munkaran mina alqawli wazooran wa-inna Allaha laAAafuwwun ghafoorun
Degenen die onder jullie die de Zhihâr uitspreken over hun vrouwen: zij zijn niet hun moeders, hun moeders zijn slechts degenen die hen gebaard hebben. En voorwaar, zij spreken zeker een verwerpelijk en bedrieglijk woord. En voorwaar, Allah is zeker Berouwaanvaardend, Vergevensgezind. (2)
وَالَّذِينَ يُظَاهِرُونَ مِن نِّسَائِهِمْ ثُمَّ يَعُودُونَ لِمَا قَالُوا فَتَحْرِيرُ رَقَبَةٍ مِّن قَبْلِ أَن يَتَمَاسَّا ذَلِكُمْ تُوعَظُونَ بِهِ وَاللَّهُ بِمَا تَعْمَلُونَ خَبِيرٌ
﴿٣﴾
58/Al-Mujadilah-3: Waallatheena yuthahiroona min nisa-ihim thumma yaAAoodoona lima qaloo fatahreeru raqabatin min qabli an yatamassa thalikum tooAAathoona bihi waAllahu bima taAAmaloona khabeerun
En degenen die de Zhihâr uitspreken over hun vrouwen en daarna willen terugkomen op wat zij zeiden: zij moeten dan een slaaf vrijkopen, voordat zij elkaar aanraken (geslachtsgemeenschap hebben). Dat is waartoe jullie onderricht worden. En Allah is Alziende over wat jullie doen. (3)
فَمَن لَّمْ يَجِدْ فَصِيَامُ شَهْرَيْنِ مُتَتَابِعَيْنِ مِن قَبْلِ أَن يَتَمَاسَّا فَمَن لَّمْ يَسْتَطِعْ فَإِطْعَامُ سِتِّينَ مِسْكِينًا ذَلِكَ لِتُؤْمِنُوا بِاللَّهِ وَرَسُولِهِ وَتِلْكَ حُدُودُ اللَّهِ وَلِلْكَافِرِينَ عَذَابٌ أَلِيمٌ
﴿٤﴾
58/Al-Mujadilah-4: Faman lam yajid fasiyamu shahrayni mutatabiAAayni min qabli an yatamassa faman lam yastatiAA fa-itAAamu sitteena miskeenan thalika litu/minoo biAllahi warasoolihi watilka hudoodu Allahi walilkafireena AAathabun aleemun
En wie daartoe geen mogelijkheid vindt (moet) dan gedurende twee opeenvolgende maanden vasten, voordat zij elkaar aanraken. En wie daartoe niet in staat is, (moet) dan zestig armen voeden; opdat jullie geloven in Allah en Zijn Boodschapper. En dat zijn de bepalingen van Allah. En voor de ongelovigen is er een pijnlijke bestraffing. (4)
إِنَّ الَّذِينَ يُحَادُّونَ اللَّهَ وَرَسُولَهُ كُبِتُوا كَمَا كُبِتَ الَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ وَقَدْ أَنزَلْنَا آيَاتٍ بَيِّنَاتٍ وَلِلْكَافِرِينَ عَذَابٌ مُّهِينٌ
﴿٥﴾
58/Al-Mujadilah-5: Inna allatheena yuhaddoona Allaha warasoolahu kubitoo kama kubita allatheena min qablihim waqad anzalna ayatin bayyinatin walilkafireena AAathabun muheenun
Voorwaar, degenen die zich verzetten tegen Allah en Zijn Boodschapper zullen vernederd worden, zoals degenen vóór hen vernederd werden. En waarlijk, Wij hebben duidelijke Tekenen neergezonden. En voor de ongelovigen is er een vernederende bestraffing. (5)
يَوْمَ يَبْعَثُهُمُ اللَّهُ جَمِيعًا فَيُنَبِّئُهُم بِمَا عَمِلُوا أَحْصَاهُ اللَّهُ وَنَسُوهُ وَاللَّهُ عَلَى كُلِّ شَيْءٍ شَهِيدٌ
﴿٦﴾
58/Al-Mujadilah-6: Yawma yabAAathuhumu Allahu jameeAAan fayunabbi-ohum bima AAamiloo ahsahu Allahu wanasoohu waAllahu AAala kulli shay-in shaheedun
(Gedenkt) de Dag waarop Allah Hen allemaal opwekt, Hij zal hun daarop meedelen wat zij gedaan hebben. Allah zal het nauwkeurig opsommen, terwijl zij het vergeten hebben. Allah is van alles Getuige. (6)