Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٣٠ / صفحة ٥٩٠

Al-Buruj 1-22, Koran - Djuz' 30 - Pagina 590

Djuz'-30, Pagina-590 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-30, Pagina-590 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-30, Pagina-590 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  

سورة البروج

Soera Al-Buruj

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

وَالسَّمَاء ذَاتِ الْبُرُوجِ ﴿١﴾
85/Al-Buruj-1: Waalssama-i thati alburooji
Bij de hemel en zijn sterrenstelsels. (1)
وَالْيَوْمِ الْمَوْعُودِ ﴿٢﴾
85/Al-Buruj-2: Waalyawmi almawAAoodi
Bij de aangezegde Dag. (2)
وَشَاهِدٍ وَمَشْهُودٍ ﴿٣﴾
85/Al-Buruj-3: Washahidin wamashhoodin
Bij de getuige en waarvan getuigd wordt. (3)
قُتِلَ أَصْحَابُ الْأُخْدُودِ ﴿٤﴾
85/Al-Buruj-4: Qutila as-habu alukhdoodi
Verdoemd zijn de gravers van de kuil. (4)
النَّارِ ذَاتِ الْوَقُودِ ﴿٥﴾
85/Al-Buruj-5: Alnnari thati alwaqoodi
Van het vuur met zijn brandhout. (5)
إِذْ هُمْ عَلَيْهَا قُعُودٌ ﴿٦﴾
85/Al-Buruj-6: Ith hum AAalayha quAAoodun
Toen zij er omheen zaten. (6)
وَهُمْ عَلَى مَا يَفْعَلُونَ بِالْمُؤْمِنِينَ شُهُودٌ ﴿٧﴾
85/Al-Buruj-7: Wahum AAala ma yafAAaloona bialmu/mineena shuhoodun
En zij getuige waren van wat zij de gelovigen aandeden. (7)
وَمَا نَقَمُوا مِنْهُمْ إِلَّا أَن يُؤْمِنُوا بِاللَّهِ الْعَزِيزِ الْحَمِيدِ ﴿٨﴾
85/Al-Buruj-8: Wama naqamoo minhum illa an yu/minoo biAllahi alAAazeezi alhameedi
En zij wreekten zich alleen op hen omdat zij geloofden in Allah, de Geweldige, de Geprezene. (8)
الَّذِي لَهُ مُلْكُ السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضِ وَاللَّهُ عَلَى كُلِّ شَيْءٍ شَهِيدٌ ﴿٩﴾
85/Al-Buruj-9: Allathee lahu mulku alssamawati waal-ardi waAllahu AAala kulli shay-in shaheedun
Degene Die de heerschappij over de hemelen en de aarde heeft. En Allah is Getuige over alle zaken. (9)
إِنَّ الَّذِينَ فَتَنُوا الْمُؤْمِنِينَ وَالْمُؤْمِنَاتِ ثُمَّ لَمْ يَتُوبُوا فَلَهُمْ عَذَابُ جَهَنَّمَ وَلَهُمْ عَذَابُ الْحَرِيقِ ﴿١٠﴾
85/Al-Buruj-10: Inna allatheena fatanoo almu/mineena waalmu/minati thumma lam yatooboo falahum AAathabu jahannama walahum AAathabu alhareeqi
Voorwaar, degenen die de gelovige mannen en vrouwen bestraften en daarna geen berouw toonden, voor hen is de bestraffing van de Hel en voor hen is de verbrandende bestraffing. (10)
إِنَّ الَّذِينَ آمَنُوا وَعَمِلُوا الصَّالِحَاتِ لَهُمْ جَنَّاتٌ تَجْرِي مِن تَحْتِهَا الْأَنْهَارُ ذَلِكَ الْفَوْزُ الْكَبِيرُ ﴿١١﴾
85/Al-Buruj-11: Inna allatheena amanoo waAAamiloo alssalihati lahum jannatun tajree min tahtiha al-anharu thalika alfawzu alkabeeru
Voorwaar, degenen die geloven en goede daden verrichten, voor hen is het Paradijs waar de rivieren onder door stromen. Dat is de grote overwinning. (11)
إِنَّ بَطْشَ رَبِّكَ لَشَدِيدٌ ﴿١٢﴾
85/Al-Buruj-12: Inna batsha rabbika lashadeedun
Voorwaar, de greep ven jouw Heer is zeker hard. (12)
إِنَّهُ هُوَ يُبْدِئُ وَيُعِيدُ ﴿١٣﴾
85/Al-Buruj-13: Innahu huwa yubdi-o wayuAAeedu
Voorwaar, Hij is het die schept en doet herleven. (13)
وَهُوَ الْغَفُورُ الْوَدُودُ ﴿١٤﴾
85/Al-Buruj-14: Wahuwa alghafooru alwadoodu
Hij is de Vergevensgezinde, de Liefdevolle. (14)
ذُو الْعَرْشِ الْمَجِيدُ ﴿١٥﴾
85/Al-Buruj-15: Thoo alAAarshi almajeedi
Bezitter van de Troon, de Meest Vrijgevige. (15)
فَعَّالٌ لِّمَا يُرِيدُ ﴿١٦﴾
85/Al-Buruj-16: FaAAAAalun lima yureedu
Uitvoerder van wat Hij wil. (16)
هَلْ أَتَاكَ حَدِيثُ الْجُنُودِ ﴿١٧﴾
85/Al-Buruj-17: Hal ataka hadeethu aljunoodi
Heeft het bericht van de legers jou bereikt? (17)
فِرْعَوْنَ وَثَمُودَ ﴿١٨﴾
85/Al-Buruj-18: FirAAawna wathamooda
Van Fir'aun en de Tsamôed? (18)
بَلِ الَّذِينَ كَفَرُوا فِي تَكْذِيبٍ ﴿١٩﴾
85/Al-Buruj-19: Bali allatheena kafaroo fee taktheebin
Degenen die niet geloven gaan zelfs door met loochenen. (19)
وَاللَّهُ مِن وَرَائِهِم مُّحِيطٌ ﴿٢٠﴾
85/Al-Buruj-20: WaAllahu min wara-ihim muheetun
En Allah omsingelt hen van achteren. (20)
بَلْ هُوَ قُرْآنٌ مَّجِيدٌ ﴿٢١﴾
85/Al-Buruj-21: Bal huwa qur-anun majeedun
Het is zelfs een glorierijke Koran. (21)
فِي لَوْحٍ مَّحْفُوظٍ ﴿٢٢﴾
85/Al-Buruj-22: Fee lawhin mahfoothin
In de Lauhoelmahfôezh. (22)