وَيَوْمَ يُعْرَضُ الَّذِينَ كَفَرُوا عَلَى النَّارِ أَذْهَبْتُمْ طَيِّبَاتِكُمْ فِي حَيَاتِكُمُ الدُّنْيَا وَاسْتَمْتَعْتُم بِهَا فَالْيَوْمَ تُجْزَوْنَ عَذَابَ الْهُونِ بِمَا كُنتُمْ تَسْتَكْبِرُونَ فِي الْأَرْضِ بِغَيْرِ الْحَقِّ وَبِمَا كُنتُمْ تَفْسُقُونَ
﴿٢٠﴾
Sofian S. Siregar
En op de Dag dat degenen die niet geloofden de Hel getoond zal worden, (wordt gezegd): "Jullie hebben jullie goede dingen die jullie bezaten opgebruikt tijdens het wereldse leven en jullie hebben ervan genoten. Op deze Dag zullen jullie vergolden worden met een vernederende straf omdat jullie hooghartig plachten te leven op de aarde, zonder recht, en omdat jullie zware zonden plachten te begaan."
Fred Leemhuis
En op de dag dat zij die ongelovig zijn naar het vuur worden voorgeleid [wordt gezegd]: "Jullie hebben jullie goede dingen in jullie aardse leven verbruikt en genoten. Vandaag krijgen jullie de bestraffing van de schande als vergelding, omdat jullie onterecht hoogmoedig op de aarde waren en voor het schandelijke dat jullie deden."
Salomo Keyzer
Op een zekeren dag zullen de ongeloovigen voor het hellevuur geplaatst worden, en men zal tot hen zeggen: Gij ontvingt uwe goede dingen, gedurende den tijd uws levens, terwijl gij in de wereld waart; gij hebt die verkwist en hebt u gehaast die te genieten; daarom zult gij op dezen dag met de straf der schande worden vergolden, omdat gij u onbeschaamd op de aarde hebt gedragen, zonder rechtvaardigheid en omdat gij gezondigd hebt.