قَالَ إِنَّهُ يَقُولُ إِنَّهَا بَقَرَةٌ لاَّ ذَلُولٌ تُثِيرُ الأَرْضَ وَلاَ تَسْقِي الْحَرْثَ مُسَلَّمَةٌ لاَّ شِيَةَ فِيهَا قَالُواْ الآنَ جِئْتَ بِالْحَقِّ فَذَبَحُوهَا وَمَا كَادُواْ يَفْعَلُونَ
﴿٧١﴾
Sofian S. Siregar
Hij (Môesa) zei: "Hij zegt dat het een koe is die niet bestemd is om de aarde om te ploegen of de akkers te bevloeien, een gave, zonder vlek." Zij zeiden: "Nu ben je met de ware beschrijving gekomen."' Daarop slachtten zij haar, maar bijna hadden zij het niet gedaan.
Fred Leemhuis
Hij zei: "Dit zegt Hij: zij moet geen gedweeë koe zijn die de aarde omploegt en die de akker bevloeit; een gave zonder vlek." Zij zeiden: "Nu ben jij met de waarheid gekomen." Daarop slachtten zij haar, maar bijna hadden zij het niet gedaan.
Salomo Keyzer
Mozes hernam: "God zegt u: "Het zij eene koe die niet vermagerd is door het beploegen of besproeien van het veld, maar het zij eene zonder gebrek." "Nu," zeiden zij, "komt gij met de waarheid." Zij doodden de koe, doch er ontbrak weinig aan of zij hadden het niet gedaan.