Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ١١ / صفحة ٢١٠

Yunus 15-20, Koran - Djuz' 11 - Pagina 210

Djuz'-11, Pagina-210 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-11, Pagina-210 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-11, Pagina-210 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
وَإِذَا تُتْلَى عَلَيْهِمْ آيَاتُنَا بَيِّنَاتٍ قَالَ الَّذِينَ لاَ يَرْجُونَ لِقَاءنَا ائْتِ بِقُرْآنٍ غَيْرِ هَذَا أَوْ بَدِّلْهُ قُلْ مَا يَكُونُ لِي أَنْ أُبَدِّلَهُ مِن تِلْقَاء نَفْسِي إِنْ أَتَّبِعُ إِلاَّ مَا يُوحَى إِلَيَّ إِنِّي أَخَافُ إِنْ عَصَيْتُ رَبِّي عَذَابَ يَوْمٍ عَظِيمٍ ﴿١٥﴾
10/Yunus-15: Wa-itha tutla AAalayhim ayatuna bayyinatin qala allatheena la yarjoona liqaana i/ti biqur-anin ghayri hatha aw baddilhu qul ma yakoonu lee an obaddilahu min tilqa-i nafsee in attabiAAu illa ma yooha ilayya innee akhafu in AAasaytu rabbee AAathaba yawmin A
En wanneer Onze duidelijke Verzen aan hen worden voorgelezen, dan zeggen degenen die de ontmoeting met Ons niet verwachten: "Breng een andere Koren dan deze, of verander hem." Zeg: "Het past mij niet dat ik hem verander uit eigen wil, ik volg niets dan wat aan mij is geopenbaard. Voorwaar, ik vrees, wanneer ik mijn Heer ongehoorzaam ben, de bestraffing van een geweldige Dag." (15)
قُل لَّوْ شَاء اللّهُ مَا تَلَوْتُهُ عَلَيْكُمْ وَلاَ أَدْرَاكُم بِهِ فَقَدْ لَبِثْتُ فِيكُمْ عُمُرًا مِّن قَبْلِهِ أَفَلاَ تَعْقِلُونَ ﴿١٦﴾
10/Yunus-16: Qul law shaa Allahu ma talawtuhu AAalaykum wala adrakum bihi faqad labithtu feekum AAumuran min qablihi afala taAAqiloona
Zeg: "Als Allah het had gewild, dan had ik het niet aan jullie voorgedragen en had Hij hem niet aan jullie bekend gemaakt. En voorzeker, ik heb een leeftijd lang vóór hem (de Koran) temidden van jullie geleefd. Denken jullie dan niet na?" (16)
فَمَنْ أَظْلَمُ مِمَّنِ افْتَرَى عَلَى اللّهِ كَذِبًا أَوْ كَذَّبَ بِآيَاتِهِ إِنَّهُ لاَ يُفْلِحُ الْمُجْرِمُونَ ﴿١٧﴾
10/Yunus-17: Faman athlamu mimmani iftara AAala Allahi kathiban aw kaththaba bi-ayatihi innahu la yuflihu almujrimoona
Wie is dan onrechtvaardiger dan degene die een leugen over Allah verzint of die liegt over Zijn Verzen. Voorwaar, de misdadigers zullen niet slagen. (17)
وَيَعْبُدُونَ مِن دُونِ اللّهِ مَا لاَ يَضُرُّهُمْ وَلاَ يَنفَعُهُمْ وَيَقُولُونَ هَؤُلاء شُفَعَاؤُنَا عِندَ اللّهِ قُلْ أَتُنَبِّئُونَ اللّهَ بِمَا لاَ يَعْلَمُ فِي السَّمَاوَاتِ وَلاَ فِي الأَرْضِ سُبْحَانَهُ وَتَعَالَى عَمَّا يُشْرِكُونَ ﴿١٨﴾
10/Yunus-18: WayaAAbudoona min dooni Allahi ma la yadurruhum wala yanfaAAuhum wayaqooloona haola-i shufaAAaona AAinda Allahi qul atunabbi-oona Allaha bima la yaAAlamu fee alssamawati wala fee al-ardi subhanahu wataAAala AAamma yushrikoona
En zij aanbidden naast Allah wat hen niet schaadt en niet baat, en zij zeggen: "Dezen zijn onze voorsprekers bij Allah." Zeg. "Willen jullie Allah inlichten over wat Hij niet kent in de hemelen en op de aarde?" Heilig is Hij en Verheven boven de deelgenoten die zij aan Hem toekennen. (18)
وَمَا كَانَ النَّاسُ إِلاَّ أُمَّةً وَاحِدَةً فَاخْتَلَفُواْ وَلَوْلاَ كَلِمَةٌ سَبَقَتْ مِن رَّبِّكَ لَقُضِيَ بَيْنَهُمْ فِيمَا فِيهِ يَخْتَلِفُونَ ﴿١٩﴾
10/Yunus-19: Wama kana alnnasu illa ommatan wahidatan faikhtalafoo walawla kalimatun sabaqat min rabbika laqudiya baynahum feema feehi yakhtalifoona
En de mensheid behoorde slechts tot één godsdienst, maar zij waren het oneens met elkaar. En ware het niet dat er een Woord van jouw Heer was vooruitgegaan, dan zou er tussen hen zeker reeds zijn beslist over dat waarover zij het met elkaar oneens zijn. (19)
وَيَقُولُونَ لَوْلاَ أُنزِلَ عَلَيْهِ آيَةٌ مِّن رَّبِّهِ فَقُلْ إِنَّمَا الْغَيْبُ لِلّهِ فَانْتَظِرُواْ إِنِّي مَعَكُم مِّنَ الْمُنتَظِرِينَ ﴿٢٠﴾
10/Yunus-20: Wayaqooloona lawla onzila AAalayhi ayatun min rabbihi faqul innama alghaybu lillahi faintathiroo innee maAAakum mina almuntathireena
En zij zeggen: "Waarom is er niet een Teken aan hem neergezonden van zijn Heer." Zeg dan: '"Voorwaar, het onwaarneembare behoort slechts aan Allah. Wachten jullie dan, waarlijk, ik ben met jullie één van de wachtenden." (20)