Nederlands [Veranderen]

Al-Anfal-48, Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri

volgende
vorig
share on facebook  tweet  share on google  print  
48

Al-Anfal-48, Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri

Vergelijk alle Nederlandse vertalingen van Surah Al-Anfal - vers 48

سورة الأنفال

Soera Al-Anfal

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

وَإِذْ زَيَّنَ لَهُمُ الشَّيْطَانُ أَعْمَالَهُمْ وَقَالَ لاَ غَالِبَ لَكُمُ الْيَوْمَ مِنَ النَّاسِ وَإِنِّي جَارٌ لَّكُمْ فَلَمَّا تَرَاءتِ الْفِئَتَانِ نَكَصَ عَلَى عَقِبَيْهِ وَقَالَ إِنِّي بَرِيءٌ مِّنكُمْ إِنِّي أَرَى مَا لاَ تَرَوْنَ إِنِّيَ أَخَافُ اللّهَ وَاللّهُ شَدِيدُ الْعِقَابِ ﴿٤٨﴾
8/Al-Anfal-48: Wa-ith zayyana lahumu alshshaytanu aAAmalahum waqala la ghaliba lakumu alyawma mina alnnasi wa-innee jarun lakum falamma taraati alfi-atani nakasa AAala AAaqibayhi waqala innee baree-on minkum innee ara ma la tarawna innee akhafu Allaha waAllahu shadeedu

Sofian S. Siregar

En (gedenkt) toen de Satan hun daden voor hen schoonschijnend maakte, en zei: "Er is op deze dag geen mens die jullie kan verslaan: en voorwaar, Ik ben jullie naaste." Maar toen de twee legers elkaar zagen, draaide hij zich om op zijn hielen en zij: "Voorwaar, ik heb niets met jullie van doen. Voorwaar, ik zie wat jullie niet zien, voorwaar, ik vrees Allah." En Allah is hard in de bestraffing.

Fred Leemhuis

En toen de satan voor hen hun daden aantrekkelijk maakte en zei: "Vandaag is er onder de mensen niemand die jullie overwint, want ik sta naast jullie." Maar toen de twee troepenmachten elkaar zagen lichtte hij zijn hielen en zei: "Ik heb met jullie niets te maken. Ik zie wat jullie niet zien. Ik ben bang voor God. En God is streng in de afstraffing."

Salomo Keyzer

En gedenkt, toen satan hunne daden voor hen vooraf beschikte en zeide: Niemand zal u heden overwinnen; en ik zal zeker nabij zijn, om u te helpen. Maar toen de beide legers elkander in het gezicht kwamen, wendde hij hun den rug toe, zeggende: Waarlijk, ik bemoei er mij niet mede, ik zie wat gij niet ziet, ik vrees God, want God is gestreng in het straffen.
48