وَلاَ يَحْسَبَنَّ الَّذِينَ يَبْخَلُونَ بِمَا آتَاهُمُ اللّهُ مِن فَضْلِهِ هُوَ خَيْرًا لَّهُمْ بَلْ هُوَ شَرٌّ لَّهُمْ سَيُطَوَّقُونَ مَا بَخِلُواْ بِهِ يَوْمَ الْقِيَامَةِ وَلِلّهِ مِيرَاثُ السَّمَاوَاتِ وَالأَرْضِ وَاللّهُ بِمَا تَعْمَلُونَ خَبِيرٌ
﴿١٨٠﴾
Sofian S. Siregar
En laat degenen die gierig zijn (en achterhouden van) wat Allah hun gegeven heeft van Zijn gunst, niet denken dat het good voor hen is. Welnee, het is slecht voor hen, (het onderwerp van) hun gierigheid zal hen op de Dag der Opstanding om hun nek gehangen worden. En aan Allah behoort de erfenis van de hemelen en de aarde. En Allah is Alwetend over wat jullie doen.
Fred Leemhuis
Zij die gierig zijn met wat God hun van Zijn goedgunstigheid gegeven heeft, moeten niet denken dat het goed voor hen is. Welnee, het is slecht voor hen; op de opstandingsdag zal dat waarmee zij gierig waren hen om de nek worden gehangen. Aan God behoort de erfenis toe van de hemelen en de aarde. God is welingelicht over wat jullie doen.
Salomo Keyzer
Laat ook zij die gierig zijn met de weldaden, die hun door Gods goedheid zijn geworden, niet gelooven dat hunne gierigheid tot hun geluk dient: neen zij dient veeleer tot hun verderf. Wat zij met gierigheid verzameld hebben, zal op den dag der opstanding hun als een halsband om den hals gehangen worden. God is erfgenaam van hemel en aarde; hij kent al uwe daden.