قَالَ رَبِّ إِنِّي لا أَمْلِكُ إِلاَّ نَفْسِي وَأَخِي فَافْرُقْ بَيْنَنَا وَبَيْنَ الْقَوْمِ الْفَاسِقِينَ
﴿٢٥﴾
Sofian S. Siregar
Hij (Môesa) zei: "O mijn Heer, ik heb alleen macht over mijzelf en mijn broeder, breng een scheiding aan tussen ons en het zwaar zondige volk."