Nederlands [Veranderen]

Fussilat-50, Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri

volgende
vorig
share on facebook  tweet  share on google  print  
50

Fussilat-50, Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri

Vergelijk alle Nederlandse vertalingen van Surah Fussilat - vers 50

سورة فصّلت

Soera Fussilat

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

وَلَئِنْ أَذَقْنَاهُ رَحْمَةً مِّنَّا مِن بَعْدِ ضَرَّاء مَسَّتْهُ لَيَقُولَنَّ هَذَا لِي وَمَا أَظُنُّ السَّاعَةَ قَائِمَةً وَلَئِن رُّجِعْتُ إِلَى رَبِّي إِنَّ لِي عِندَهُ لَلْحُسْنَى فَلَنُنَبِّئَنَّ الَّذِينَ كَفَرُوا بِمَا عَمِلُوا وَلَنُذِيقَنَّهُم مِّنْ عَذَابٍ غَلِيظٍ ﴿٥٠﴾
41/Fussilat-50: Wala-in athaqnahu rahmatan minna min baAAdi darraa massat-hu layaqoolanna hatha lee wama athunnu alssaAAata qa-imatan wala-in rujiAAtu ila rabbee inna lee AAindahu lalhusna falanunabbi-anna allatheena kafaroo bima AAamiloo walanutheeqannahum min AAathabin

Sofian S. Siregar

En als Wij hem Barmhartigheid van Ons doen proeven nadat tegenspoed hem trof, dan zal bij zeker zeggen: "Het komt mij toe, en ik denk niet dat het Uur zal komen, en als ik tot mijn Heer teruggekeerd zou worden, dan zou er zeker voor mij aan Zijn Zijde het goede zijn." En Wij zullen zeker aan degenen die niet geloofden mededelen wat zij hebben gedaan. En Wij zullen hen zeker een zware bestraffing doen proeven.

Fred Leemhuis

En als Wij hem van Onze kant barmhartigheid laten proeven na rampspoed die hem getroffen heeft dan zegt hij: "Dit komt mij toe en ik denk niet dat het uur aanstaande is en als ik naar mijn Heer word teruggebracht krijg ik bij Hem zeker het beste." Maar Wij zullen hun die ongelovig zijn meedelen wat zij deden en Wij zullen hen van een harde bestraffing laten proeven.

Salomo Keyzer

En indien wij hem onze genade doen genieten, nadat hem droefenis bereikt, zegt hij zekerlijk: Dit is men mij schuldig, wegens mijne verdiensten; ik geloof niet, dat het uur des oordeels ooit zal komen, en indien ik voor mijn Heer word gebracht, zal ik zeker bij hem den uitnemendsten toestand bereiken. Maar wij zullen dan aan hen die niet geloofd hebben, datgene verklaren, wat zij verricht hebben en wij zullen hen zekerlijk de meest gestrenge straf doen ondergaan.
50