Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ١٠ / صفحة ١٨٤

Al-Anfal 53-61, Koran - Djuz' 10 - Pagina 184

Djuz'-10, Pagina-184 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-10, Pagina-184 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-10, Pagina-184 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
ذَلِكَ بِأَنَّ اللّهَ لَمْ يَكُ مُغَيِّرًا نِّعْمَةً أَنْعَمَهَا عَلَى قَوْمٍ حَتَّى يُغَيِّرُواْ مَا بِأَنفُسِهِمْ وَأَنَّ اللّهَ سَمِيعٌ عَلِيمٌ ﴿٥٣﴾
8/Al-Anfal-53: Thalika bi-anna Allaha lam yaku mughayyiran niAAmatan anAAamaha AAala qawmin hatta yughayyiroo ma bi-anfusihim waanna Allaha sameeAAun AAaleemun
Dat is omdat Allah nimmer een genieting die Hij aan een volk heeft geschonken verandert (in een bestraffing), tenzij zij veranderen wat zich bij hen bevindt: en voorwaar, Allah is Alhorend, Alwetend. (53)
كَدَأْبِ آلِ فِرْعَوْنَ وَالَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ كَذَّبُواْ بآيَاتِ رَبِّهِمْ فَأَهْلَكْنَاهُم بِذُنُوبِهِمْ وَأَغْرَقْنَا آلَ فِرْعَونَ وَكُلٌّ كَانُواْ ظَالِمِينَ ﴿٥٤﴾
8/Al-Anfal-54: Kada/bi ali firAAawna waallatheena min qablihim kaththaboo bi-ayati rabbihim faahlaknahum bithunoobihim waaghraqna ala firAAawna wakullun kanoo thalimeena
Zoals Fir'aun en zijn volgelingen en degenen vóór hen; zij loochhenden de Tekenen van hun Heer, waarna Wij hen vernietigden wegens hun zonden. En Wij verdronken Fir'aun en zijn volgelingen en zij allen waren onrechtplegers. (54)
إِنَّ شَرَّ الدَّوَابِّ عِندَ اللّهِ الَّذِينَ كَفَرُواْ فَهُمْ لاَ يُؤْمِنُونَ ﴿٥٥﴾
8/Al-Anfal-55: Inna sharra alddawabbi AAinda Allahi allatheena kafaroo fahum la yu/minoona
Voorwaar, de slechtste schepselen bij Allah zijn degenen die ongelovig zijn, omdat zij niet geloven. (55)
الَّذِينَ عَاهَدتَّ مِنْهُمْ ثُمَّ يَنقُضُونَ عَهْدَهُمْ فِي كُلِّ مَرَّةٍ وَهُمْ لاَ يَتَّقُونَ ﴿٥٦﴾
8/Al-Anfal-56: Allatheena AAahadta minhum thumma yanqudoona AAahdahum fee kulli marratin wahum la yattaqoona
(Zij zijn) degenen met wie jij (O Moehammad) een verbond bent aangegaan, (en die) vervolgens hun verbond iedere keer schenden: en zij vrezen (Allah) niet. (56)
فَإِمَّا تَثْقَفَنَّهُمْ فِي الْحَرْبِ فَشَرِّدْ بِهِم مَّنْ خَلْفَهُمْ لَعَلَّهُمْ يَذَّكَّرُونَ ﴿٥٧﴾
8/Al-Anfal-57: Fa-imma tathqafannahum fee alharbi fasharrid bihim man khalfahum laAAallahum yaththakkaroona
Wanneer jullie hen dan treffen in de oorlog: doe degenen achter hen dan alle kanten uitvluchten, hopelijk zullen zij er lering uit trekken. (57)
وَإِمَّا تَخَافَنَّ مِن قَوْمٍ خِيَانَةً فَانبِذْ إِلَيْهِمْ عَلَى سَوَاء إِنَّ اللّهَ لاَ يُحِبُّ الخَائِنِينَ ﴿٥٨﴾
8/Al-Anfal-58: Wa-imma takhafanna min qawmin khiyanatan fainbith ilayhim AAala sawa-in inna Allaha la yuhibbu alkha-ineena
En als jij verraad vreest van een volk, hef het (verbond) dan met wederzijdse duidelijkheid op. Voorwaar, Allah houdt niet van de verraders. (58)
وَلاَ يَحْسَبَنَّ الَّذِينَ كَفَرُواْ سَبَقُواْ إِنَّهُمْ لاَ يُعْجِزُونَ ﴿٥٩﴾
8/Al-Anfal-59: Wala yahsabanna allatheena kafaroo sabaqoo innahum la yuAAjizoona
En laten degenen die ongelovig zijn zeker niet denken dat zij (de bestraffing van Allah) kunnen tegenhouden. Voorwaar, zij kunnen (die) niet ontkrachten. (59)
وَأَعِدُّواْ لَهُم مَّا اسْتَطَعْتُم مِّن قُوَّةٍ وَمِن رِّبَاطِ الْخَيْلِ تُرْهِبُونَ بِهِ عَدْوَّ اللّهِ وَعَدُوَّكُمْ وَآخَرِينَ مِن دُونِهِمْ لاَ تَعْلَمُونَهُمُ اللّهُ يَعْلَمُهُمْ وَمَا تُنفِقُواْ مِن شَيْءٍ فِي سَبِيلِ اللّهِ يُوَفَّ إِلَيْكُمْ وَأَنتُمْ لاَ تُظْلَمُونَ ﴿٦٠﴾
8/Al-Anfal-60: WaaAAiddoo lahum ma istataAAtum min quwwatin wamin ribati alkhayli turhiboona bihi AAaduwwa Allahi waAAaduwwakum waakhareena min doonihim la taAAlamoonahumu Allahu yaAAlamuhum wama tunfiqoo min shay-in fee sabeeli Allahi yuwaffa ilaykum waantum la tuthlam
En brengt wat jullie kunnen aan macht bij elkaar, om hen mee te bevechten, waaronder strijdrossen om daarmee de vijanden van Allah en jullie vijanden angst aan te jagen, en ook anderen die jullie niet kennen (en) die Allah wel kent. En wat jullie ook aan bijdragen uitgeven op de Weg van Allah, Hij zal jullie volledig vergoeden. En jullie zal geen onrecht worden aangedaan. (60)
وَإِن جَنَحُواْ لِلسَّلْمِ فَاجْنَحْ لَهَا وَتَوَكَّلْ عَلَى اللّهِ إِنَّهُ هُوَ السَّمِيعُ الْعَلِيمُ ﴿٦١﴾
8/Al-Anfal-61: Wa-in janahoo lilssalmi faijnah laha watawakkal AAala Allahi innahu huwa alssameeAAu alAAaleemu
En als zij geneigd zijn tot vrede, wees dan ook daartoe geneigd en stel jouw vertrouwen op Allah. Voorwaar, Hij is Alhorend, Alwetend. (61)