Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٢٠ / صفحة ٣٨٨

Al-Qasas 22-28, Koran - Djuz' 20 - Pagina 388

Djuz'-20, Pagina-388 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-20, Pagina-388 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-20, Pagina-388 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
وَلَمَّا تَوَجَّهَ تِلْقَاء مَدْيَنَ قَالَ عَسَى رَبِّي أَن يَهْدِيَنِي سَوَاء السَّبِيلِ ﴿٢٢﴾
28/Al-Qasas-22: Walamma tawajjaha tilqaa madyana qala AAasa rabbee an yahdiyanee sawaa alssabeeli
En toen hij in de richting van Madyan ging, zei hij: "Moge mijn Heer mij op de rechte Weg leiden." (22)
وَلَمَّا وَرَدَ مَاء مَدْيَنَ وَجَدَ عَلَيْهِ أُمَّةً مِّنَ النَّاسِ يَسْقُونَ وَوَجَدَ مِن دُونِهِمُ امْرَأتَيْنِ تَذُودَانِ قَالَ مَا خَطْبُكُمَا قَالَتَا لَا نَسْقِي حَتَّى يُصْدِرَ الرِّعَاء وَأَبُونَا شَيْخٌ كَبِيرٌ ﴿٢٣﴾
28/Al-Qasas-23: Walamma warada maa madyana wajada AAalayhi ommatan mina alnnasi yasqoona wawajada min doonihimu imraatayni tathoodani qala ma khatbukuma qalata la nasqee hatta yusdira alrriAAao waaboona shaykhun kabeerun
En toen hij het water van Madyan bereikte, vond hij daar een groep mensen die hun vee te drinken gaf. En Hij trof naast hen twee vrouwen aan die hun vee tegenhielden. Hij zei. "Wat is er met jullie aan de hand?" Zij zeiden: "Wij laten het vee pas drinken als de herders weggaan en onze vader is een zeer oude man." (23)
فَسَقَى لَهُمَا ثُمَّ تَوَلَّى إِلَى الظِّلِّ فَقَالَ رَبِّ إِنِّي لِمَا أَنزَلْتَ إِلَيَّ مِنْ خَيْرٍ فَقِيرٌ ﴿٢٤﴾
28/Al-Qasas-24: Fasaqa lahuma thumma tawalla ila alththilli faqala rabbi innee lima anzalta ilayya min khayrin faqeerun
Toen gaf hij hun vee voor hen te drinken. Toen trok hij zich terug in de schaduw, en zei: "Mijn Heer, ik heb behoefte aan het goede dat U tot mij neerzendt." (24)
فَجَاءتْهُ إِحْدَاهُمَا تَمْشِي عَلَى اسْتِحْيَاء قَالَتْ إِنَّ أَبِي يَدْعُوكَ لِيَجْزِيَكَ أَجْرَ مَا سَقَيْتَ لَنَا فَلَمَّا جَاءهُ وَقَصَّ عَلَيْهِ الْقَصَصَ قَالَ لَا تَخَفْ نَجَوْتَ مِنَ الْقَوْمِ الظَّالِمِينَ ﴿٢٥﴾
28/Al-Qasas-25: Fajaat-hu ihdahuma tamshee AAala istihya-in qalat inna abee yadAAooka liyajziyaka ajra ma saqayta lana falamma jaahu waqassa AAalayhi alqasasa qala la takhaf najawta mina alqawmi alththalimeena
Toen kwam een van de twee (vrouwen) verlegen naar heen toelopen, en zei: "Voorwaar, mijn vader roept jou om te komen, om jou te belonen, omdat jij ons vee te drinken hebt gegeven." En toen hij bij hem kwam en hem het verhaal vertelde, zei hij: "Wees niet bang, jij hebt je gered van het onrechtvaardige volk." (25)
قَالَتْ إِحْدَاهُمَا يَا أَبَتِ اسْتَأْجِرْهُ إِنَّ خَيْرَ مَنِ اسْتَأْجَرْتَ الْقَوِيُّ الْأَمِينُ ﴿٢٦﴾
28/Al-Qasas-26: Qalat ihdahuma ya abati ista/jirhu inna khayra mani ista/jarta alqawiyyu al-ameenu
Een van de twee (vrouwen) zei: "O vader, neem hem toch in dienst. Voorwaar, de beste die je in dienst kan nemen is de betrouwbare sterke. (26)
قَالَ إِنِّي أُرِيدُ أَنْ أُنكِحَكَ إِحْدَى ابْنَتَيَّ هَاتَيْنِ عَلَى أَن تَأْجُرَنِي ثَمَانِيَ حِجَجٍ فَإِنْ أَتْمَمْتَ عَشْرًا فَمِنْ عِندِكَ وَمَا أُرِيدُ أَنْ أَشُقَّ عَلَيْكَ سَتَجِدُنِي إِن شَاء اللَّهُ مِنَ الصَّالِحِينَ ﴿٢٧﴾
28/Al-Qasas-27: Qala innee oreedu an onkihaka ihda ibnatayya hatayni AAala an ta/juranee thamaniya hijajin fa-in atmamta AAashran famin AAindika wama oreedu an ashuqqa AAalayka satajidunee in shaa Allahu mina alssaliheena
Hij zei: "Voorwaar, ik wens dat jij met een van deze dochters van mij trouwt, op voorwaarde dat jij ach tjaar bij mij in dienst komt. Maar als jij er tien vervult, dan is dat aan jou. Ik wil het jou niet moeilijk maken, jij zult bevinden dat ik, als Allah het wil, tot de oprechten behoor." (27)
قَالَ ذَلِكَ بَيْنِي وَبَيْنَكَ أَيَّمَا الْأَجَلَيْنِ قَضَيْتُ فَلَا عُدْوَانَ عَلَيَّ وَاللَّهُ عَلَى مَا نَقُولُ وَكِيلٌ ﴿٢٨﴾
28/Al-Qasas-28: Qala thalika baynee wabaynaka ayyama al-ajalayni qadaytu fala AAudwana AAalayya waAllahu AAala ma naqoolu wakeelun
Hij (Môesa) zei: "Laat dit zo zijn tussen mij en jou. Welke van de twee termijnen ik ook vervul, laat er geen onvrede tegen mij zijn en Allah is Berschermer over wat wij zeggen." (28)