Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٢٤ / صفحة ٤٦٢

Az-Zumar 32-40, Koran - Djuz' 24 - Pagina 462

Djuz'-24, Pagina-462 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-24, Pagina-462 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-24, Pagina-462 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
فَمَنْ أَظْلَمُ مِمَّن كَذَبَ عَلَى اللَّهِ وَكَذَّبَ بِالصِّدْقِ إِذْ جَاءهُ أَلَيْسَ فِي جَهَنَّمَ مَثْوًى لِّلْكَافِرِينَ ﴿٣٢﴾
39/Az-Zumar-32: Faman athlamu mimman kathaba AAala Allahi wakaththaba bialssidqi ith jaahu alaysa fee jahannama mathwan lilkafireena
Wie is dan onrechtvaardiger dan hij die liegt over Allah en de Waarheid loochent wanneer deze tot hem komt? Is de verblijfplaats voor de ongelovigen niet in de Hel? (32)
وَالَّذِي جَاء بِالصِّدْقِ وَصَدَّقَ بِهِ أُوْلَئِكَ هُمُ الْمُتَّقُونَ ﴿٣٣﴾
39/Az-Zumar-33: Waallathee jaa bialssidqi wasaddaqa bihi ola-ika humu almuttaqoona
En degene die met de Waarheid is gekomen, en deze bevestigt: hij is degene die tot de Moettaqôen behoort. (33)
لَهُم مَّا يَشَاءونَ عِندَ رَبِّهِمْ ذَلِكَ جَزَاء الْمُحْسِنِينَ ﴿٣٤﴾
39/Az-Zumar-34: Lahum ma yashaoona AAinda rabbihim thalika jazao almuhsineena
Voor hen is wat zij wensen bij hun Heer. Dat is de beloning voor de weldoeners. (34)
لِيُكَفِّرَ اللَّهُ عَنْهُمْ أَسْوَأَ الَّذِي عَمِلُوا وَيَجْزِيَهُمْ أَجْرَهُم بِأَحْسَنِ الَّذِي كَانُوا يَعْمَلُونَ ﴿٣٥﴾
39/Az-Zumar-35: Liyukaffira Allahu AAanhum aswaa allathee AAamiloo wayajziyahum ajrahum bi-ahsani allathee kanoo yaAAmaloona
Zodat Allah het slechtste dat zij hebben gedaan zal uitwissen en zodat Hij hun hun beloning zal geven naar het beste van wat zij plachten te doen. (35)
أَلَيْسَ اللَّهُ بِكَافٍ عَبْدَهُ وَيُخَوِّفُونَكَ بِالَّذِينَ مِن دُونِهِ وَمَن يُضْلِلِ اللَّهُ فَمَا لَهُ مِنْ هَادٍ ﴿٣٦﴾
39/Az-Zumar-36: Alaysa Allahu bikafin AAabdahu wayukhawwifoonaka biallatheena min doonihi waman yudlili Allahu fama lahu min hadin
Is Allah geen Beschermer voor Zijn dienaren? En zij maken jou bang voor degenen (afgoden) naast Hem. En wie door Allah tot dwaling gebracht wordt; voor hem is er geen leider. (36)
وَمَن يَهْدِ اللَّهُ فَمَا لَهُ مِن مُّضِلٍّ أَلَيْسَ اللَّهُ بِعَزِيزٍ ذِي انتِقَامٍ ﴿٣٧﴾
39/Az-Zumar-37: Waman yahdi Allahu fama lahu min mudillin alaysa Allahu biAAazeezin thee intiqamin
En wie door Allah geleid wordt: niemand kan hem doen dwalen. Is Allah niet Almachtig, de Bezitter van de Vergelding. (37)
وَلَئِن سَأَلْتَهُم مَّنْ خَلَقَ السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضَ لَيَقُولُنَّ اللَّهُ قُلْ أَفَرَأَيْتُم مَّا تَدْعُونَ مِن دُونِ اللَّهِ إِنْ أَرَادَنِيَ اللَّهُ بِضُرٍّ هَلْ هُنَّ كَاشِفَاتُ ضُرِّهِ أَوْ أَرَادَنِي بِرَحْمَةٍ هَلْ هُنَّ مُمْسِكَاتُ رَحْمَتِهِ قُلْ حَسْبِيَ اللَّهُ عَلَيْهِ يَتَوَكَّلُ الْمُتَوَكِّلُونَ ﴿٣٨﴾
39/Az-Zumar-38: Wala-in saaltahum man khalaqa alssamawati waal-arda layaqoolunna Allahu qul afaraaytum ma tadAAoona min dooni Allahi in aradaniya Allahu bidurrin hal hunna kashifatu durrihi aw aradanee birahmatin hal hunna mumsikatu rahmatihi qul hasbiya Allahu AAalayhi
En als jij hun vraagt wie de hemelen en de aarde heeft geschapen, dan zullen zij zeker zeggen: "Allah." Zeg: "Zien jullie dan niet wat jullie buiten Allah aanroepen? Als Allah voor mij rampspoed wenst, zijn zij (de afgoden) het dan die de ramp van Hem kunnen wegnemen? Of als Hij Barmhartigheid wenst, zijn zij het dan die Zijn Bamhartigheid kunnen tegenhouden? Zeg: "Allah is mij voldoende. Op Hem vertrouwen degenen die vertrouwen hebben." (38)
قُلْ يَا قَوْمِ اعْمَلُوا عَلَى مَكَانَتِكُمْ إِنِّي عَامِلٌ فَسَوْفَ تَعْلَمُونَ ﴿٣٩﴾
39/Az-Zumar-39: Qul ya qawmi iAAmaloo AAala makanatikum innee AAamilun fasawfa taAAlamoona
Zeg: "O mijn volk, werk op jullie manier, voorwaar, ik werk (op mijn manier). Spoedig zullen jullie het weten." (39)
مَن يَأْتِيهِ عَذَابٌ يُخْزِيهِ وَيَحِلُّ عَلَيْهِ عَذَابٌ مُّقِيمٌ ﴿٤٠﴾
39/Az-Zumar-40: Man ya/teehi AAathabun yukhzeehi wayahillu AAalayhi AAathabun muqeemun
Tot wie een bestraffing komt: die zal door hem vemederd worden, en een blijvende bestraffing zal op hem rusten. (40)