Al-Qamar 28-49, Koran - Djuz' 27 - Pagina 530

54/Al-Qamar-28: Wanabbi/hum anna almaa qismatun baynahum kullu shirbin muhtadarun
En bericht hun dat het water onder hen (en de kameel) verdeeld moet worden. Ieder een dronk, om de beurt. (28)

54/Al-Qamar-29: Fanadaw sahibahum fataAAata faAAaqara
Zij riepen toen hun metgezel, die overmoedig werd en (haar) slachtte. (29)

54/Al-Qamar-30: Fakayfa kana AAathabee wanuthuri
Hoe was toen Mijn bestraffing en Mijn waarschuwing? (30)

54/Al-Qamar-31: Inna arsalna AAalayhim sayhatan wahidatan fakanoo kahasheemi almuhtathiri
Voorwaar, Wij zonden één bliksemslag, waarop zij als dorre takken voor veevoer werden. (31)

54/Al-Qamar-32: Walaqad yassarna alqur-ana lilththikri fahal min muddakirin
En voorzeker, Wij hebben de Koran gemakkelijk gemaakt ter vermaning, is er dan iemand die er lering uit trekt? (32)

54/Al-Qamar-33: Kaththabat qawmu lootin bialnnuthuri
Het volk van Lôeth loochende de waarschuwingen. (33)

54/Al-Qamar-34: Inna arsalna AAalayhim hasiban illa ala lootin najjaynahum bisaharin
Voorwaar, Wij zonden vulkanische stenen over hen, behalve over de familie van Lôeth. Wij redden hen in het laatste gedeelte van de nacht. (34)

54/Al-Qamar-35: NiAAmatan min AAindina kathalika najzee man shakara
Als een gunst van Ons. Zo belonen Wij wie dankbaar is. (35)

54/Al-Qamar-36: Walaqad antharahum batshatana fatamaraw bialnnuthuri
En voorzeker, Hij (Lôeth) waarschuwde hen voor Onze harde greep, maar zij twijfelden aan de waarschuwingen. (36)

54/Al-Qamar-37: Walaqad rawadoohu AAan dayfihi fatamasna aAAyunahum fathooqoo AAathabee wanuthuri
En voorzeker, zij probeerden zijn gasten over te halen (tot hun begeerten), waarop Wij hen blind maakten. (En Allah zei:) "Proeft dan Mijn bestraffing en Mijn waarschuwing." (37)

54/Al-Qamar-38: Walaqad sabbahahum bukratan AAathabun mustaqirrun
En voorzeker, een blijvende bestraffing kwam in de ochtend van de volgende dag tot hen. (38)

54/Al-Qamar-39: Fathooqoo AAathabee wanuthuri
Proeft dan Mijn bestraffing en Mijn waarschuwing. (39)

54/Al-Qamar-40: Walaqad yassarna alqur-ana lilththikri fahal min muddakirin
En voorzeker, Wij hebben de Koran gemakkelijk gemaakt ter vermaning, is er dan iemand die er lering uit trekt? (40)

54/Al-Qamar-41: Walaqad jaa ala firAAawna alnnuthuru
En voorzeker, tot Fir'aun kwamen waarschuwingen. (41)

54/Al-Qamar-42: Kaththaboo bi-ayatina kulliha faakhathnahum akhtha AAazeezin muqtadirin
Zij loochenden alle Tekenen van Ons, waarop Wij hen grepen met de greep van een machtige geweldige. (42)

54/Al-Qamar-43: Akuffarukum khayrun min ola-ikum am lakum baraatun fee alzzuburi
Zijn de ongelovigen onder jullie beter dan diegenen van hen (bovengenoemden), of hebben jullie een vrijbrief in de vroegere Schriften? (43)

54/Al-Qamar-44: Am yaqooloona nahnu jameeAAun muntasirun
Of zeggen zij: "Wij vormen één (groep) die zal overwinnen (van Moehammad)." (44)

54/Al-Qamar-45: Sayuhzamu aljamAAu wayuwalloona alddubura
De groep zal verslagen worden en zij zullen vluchten. (45)

54/Al-Qamar-46: Bali alssaAAatu mawAAiduhum waalssaAAatu adha waamarru
Nee, het Uur is hun belofte, en het Uur is het verschrikkelijkst en het bitterst. (46)

54/Al-Qamar-47: Inna almujrimeena fee dalalin wasuAAurin
Voorwaar, de misdadigers verkeren in dwaling en in de Hel. (47)

54/Al-Qamar-48: Yawma yushaboona fee alnnari AAala wujoohihim thooqoo massa saqara
Op de Dag dat zij naar de Hel gesleept worden op hun gezichten, zal gezegd worden: "Proeft de aanraking van de Hel (Saqar)." (48)

54/Al-Qamar-49: Inna kulla shay-in khalaqnahu biqadarin
Voorwaar, Wij hebben alle zaken volgens een bepaalde maatgeving geschapen. (49)