وَكَأَيِّن مِّن قَرْيَةٍ أَمْلَيْتُ لَهَا وَهِيَ ظَالِمَةٌ ثُمَّ أَخَذْتُهَا وَإِلَيَّ الْمَصِيرُ
﴿٤٨﴾
Sofian S. Siregar
En hoeveel steden heb ik geen uitstel gegeven, terwijl zij onrecht pleegden, waarna Ik hen bestrafte. En tot Mij is de terugkeer.