قُلْ إِنَّمَا أَنَا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْ يُوحَى إِلَيَّ أَنَّمَا إِلَهُكُمْ إِلَهٌ وَاحِدٌ فَمَن كَانَ يَرْجُو لِقَاء رَبِّهِ فَلْيَعْمَلْ عَمَلًا صَالِحًا وَلَا يُشْرِكْ بِعِبَادَةِ رَبِّهِ أَحَدًا
﴿١١٠﴾
Sofian S. Siregar
Zeg: "Voorwaar, ik ben slechts een mens zoals jullie. Het is aan mij geopenbaard dat jullie god één God is. Wie daarom de ontmoeting met zijn Heer verwacht: laat hem goede daden verrichten en laat hem bij de aanbidding van zijn Heer niet één deelgenoot toekennen."
Fred Leemhuis
Zeg: "Ik ben slechts een mens als jullie; aan mij wordt geopenbaard dat jullie god één god is. Wie dan hoopt op de ontmoeting met zijn Heer, die moet deugdelijk handelen en in de eredienst van zijn Heer niet een als metgezel [aan Hem] toevoegen."
Salomo Keyzer
Zeg: waarlijk, ik ben slechts een mensch zoo als gij zijt. Het is mij geopenbaard, dat uw Heer een eenige God is; laat dus hem, die voor zijn Heer wil verschijnen, rechtvaardig handelen, en laat hem in de aanbidding van zijn Heer geen ander met hem vereenigen.