وَقَالَ مُوسَى رَبَّنَا إِنَّكَ آتَيْتَ فِرْعَوْنَ وَمَلأهُ زِينَةً وَأَمْوَالاً فِي الْحَيَاةِ الدُّنْيَا رَبَّنَا لِيُضِلُّواْ عَن سَبِيلِكَ رَبَّنَا اطْمِسْ عَلَى أَمْوَالِهِمْ وَاشْدُدْ عَلَى قُلُوبِهِمْ فَلاَ يُؤْمِنُواْ حَتَّى يَرَوُاْ الْعَذَابَ الأَلِيمَ
﴿٨٨﴾
Sofian S. Siregar
En Môesa zei: "Onze Heer, voorwaar, U heeft Fir'aun en zijn vooraanstaanden versieringen en bezittingen tijdens het wereldse leven gegeven. Onze Heef, daardoor hielden zij (de mensen) af van Uw Pad. O Heer, vaag hun bezittingen weg en verhardt hun harten zodat zij niet geloven totdat zij de pijnlijke bestraffing zien."
Fred Leemhuis
En Moesa zei: "Onze Heer, U hebt aan Fir'aun en zijn raad van voornaamsten luister en bezittingen in het tegenwoordige leven gegeven, onze Heer, om [hen] van Uw weg te laten afdwalen. Onze Heer, verwijder hun bezittingen en verhard hun harten zodat zij niet geloven tot zij de pijnlijke bestraffing zien."
Salomo Keyzer
En Mozes zeide: O Heer! waarlijk, gij hebt Pharao en zijn volk schitterende versierselen en rijkdommen in dit leven geschonken, o Heer! opdat zij van uwen weg mochten worden afgeleid. O Heer! vernietig hunne rijkdommen en verhard hunne harten, opdat zij niet gelooven, voordat zij uwe gestrenge straf hebben gezien.