Nederlands
[
Veranderen
]
Коран на български език
Коран на русском языке
Quran di Indonesia
Corán en español
Koran on-Nederlandse
Coran en français
Koran auf Deutsch
Quran in English
Kuran-ı Kerim Türkçe Meali
Koran
Soeras in de Koran
Juz' in de Koran
Luister Koran (nieuwe)
Dempen (Actief)
Abu Bakr al Shatri
Maher Al Mueaqly
Mishary al Afasy
القرآن الكريم / جزئها ٢٦ / صفحة ٥٢٠
القرآن الكريم
»
جزئها ٢٦
»
القرآن الكريم / جزئها ٢٦ / صفحة ٥٢٠
Koran - Djuz' 26 - Pagina 520 (Qaf 36-45, Adh-Dhariyat 1-6)
de Heilige Koran
»
Juz' in de Koran
»
Djuz' 26
»
Koran - Djuz' 26 - Pagina 520 (Qaf 36-45, Adh-Dhariyat 1-6)
Luister Koran Pagina-520
وَكَمْ أَهْلَكْنَا قَبْلَهُم مِّن قَرْنٍ هُمْ أَشَدُّ مِنْهُم بَطْشًا فَنَقَّبُوا فِي الْبِلَادِ هَلْ مِن مَّحِيصٍ
﴿٣٦﴾
إِنَّ فِي ذَلِكَ لَذِكْرَى لِمَن كَانَ لَهُ قَلْبٌ أَوْ أَلْقَى السَّمْعَ وَهُوَ شَهِيدٌ
﴿٣٧﴾
وَلَقَدْ خَلَقْنَا السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضَ وَمَا بَيْنَهُمَا فِي سِتَّةِ أَيَّامٍ وَمَا مَسَّنَا مِن لُّغُوبٍ
﴿٣٨﴾
فَاصْبِرْ عَلَى مَا يَقُولُونَ وَسَبِّحْ بِحَمْدِ رَبِّكَ قَبْلَ طُلُوعِ الشَّمْسِ وَقَبْلَ الْغُرُوبِ
﴿٣٩﴾
وَمِنَ اللَّيْلِ فَسَبِّحْهُ وَأَدْبَارَ السُّجُودِ
﴿٤٠﴾
وَاسْتَمِعْ يَوْمَ يُنَادِ الْمُنَادِ مِن مَّكَانٍ قَرِيبٍ
﴿٤١﴾
يَوْمَ يَسْمَعُونَ الصَّيْحَةَ بِالْحَقِّ ذَلِكَ يَوْمُ الْخُرُوجِ
﴿٤٢﴾
إِنَّا نَحْنُ نُحْيِي وَنُمِيتُ وَإِلَيْنَا الْمَصِيرُ
﴿٤٣﴾
يَوْمَ تَشَقَّقُ الْأَرْضُ عَنْهُمْ سِرَاعًا ذَلِكَ حَشْرٌ عَلَيْنَا يَسِيرٌ
﴿٤٤﴾
نَحْنُ أَعْلَمُ بِمَا يَقُولُونَ وَمَا أَنتَ عَلَيْهِم بِجَبَّارٍ فَذَكِّرْ بِالْقُرْآنِ مَن يَخَافُ وَعِيدِ
﴿٤٥﴾
سورة الذاريات
وَالذَّارِيَاتِ ذَرْوًا
﴿١﴾
فَالْحَامِلَاتِ وِقْرًا
﴿٢﴾
فَالْجَارِيَاتِ يُسْرًا
﴿٣﴾
فَالْمُقَسِّمَاتِ أَمْرًا
﴿٤﴾
إِنَّمَا تُوعَدُونَ لَصَادِقٌ
﴿٥﴾
وَإِنَّ الدِّينَ لَوَاقِعٌ
﴿٦﴾
50/Qaf-36: Wakam ahlakna qablahum min qarnin hum ashaddu minhum batshan fanaqqaboo fee albiladi hal min maheesin
En hoeveel generaties vóór hen hebben Wij niet vernietigd, die machtiger waren dan zij? Zij reisden toen in de landen, was er een kans om te vluchten? (36)
50/Qaf-37: Inna fee thalika lathikra liman kana lahu qalbun aw alqa alssamAAa wahuwa shaheedun
Voorwaar, daarin is zeker een vermaning voor wie verstand heeft of wie luistert terwijl hij een getuige is. (37)
50/Qaf-38: Walaqad khalaqna alssamawati waal-arda wama baynahuma fee sittati ayyamin wama massana min lughoobin
En voorzeker, Wij hebben de hemelen en de aarde en wat ertussen is in zes dagen (perioden) geschapen, en vermoeienis raakte Ons niet. (38)
50/Qaf-39: Faisbir AAala ma yaqooloona wasabbih bihamdi rabbika qabla tulooAAi alshshamsi waqabla alghuroobi
Wees daarom geduldig met wat zij zeggen en prijs de Glorie met een lofprijzing van jouw Heer, vóór zonsopgang en vóór zonsondergang. (39)
50/Qaf-40: Wamina allayli fasabbihhu waadbara alssujoodi
En prijs Hem in de nacht en na afloop van de neerknielingen (shalât). (40)
50/Qaf-41: WaistamiAA yawma yunadi almunadi min makanin qareebin
En luister die Dag naar de roeper die vanaf een nabije plaats roept. (41)
50/Qaf-42: Yawma yasmaAAoona alssayhata bialhaqqi thalika yawmu alkhurooji
Op die Dag zullen zij het blazen (op de bazuin) in werkelijkheid horen. Dat is de Dag van de Opwekking. (42)
50/Qaf-43: Inna nahnu nuhyee wanumeetu wa-ilayna almaseeru
Voorwaar, Wij doen leven en Wij doen sterven en tot Ons is de terugkeer. (43)
50/Qaf-44: Yawma tashaqqaqu al-ardu AAanhum siraAAan thalika hashrun AAalayna yaseerun
Op de Dag waarop de aarde over hen gespleten zal worden, haasten (zij zich te verzamelen). Dat is een gemakkelijke verzameling voor Ons. (44)
50/Qaf-45: Nahnu aAAlamu bima yaqooloona wama anta AAalayhim bijabbarin fathakkir bialqur-ani man yakhafu waAAeedi
Wij weten het beste wat zij zeggen. En jij (Moehammad) bent niet als een dwinger over hen aangesteld. Vermaan daarom met de Koran degenen die Mijn Waarschuwing vrezen. (45)
Soera Adh-Dhariyat
Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi
51/Adh-Dhariyat-1: Waalththariyati tharwan
Bij de winden die doen opwaaien. (1)
51/Adh-Dhariyat-2: Faalhamilati wiqran
Bij de wolken die een zware last dragen. (2)
51/Adh-Dhariyat-3: Faaljariyati yusran
Bij de schepen die gemakkelijk voortdrijven. (3)
51/Adh-Dhariyat-4: Faalmuqassimati amran
Bij de verdelers (de Engelen) die volgens een verordening verdelen. (4)
51/Adh-Dhariyat-5: Innama tooAAadoona lasadiqun
Voorwaar, wat jullie is aangezegd zal zeker bewaarheid worden. (5)
51/Adh-Dhariyat-6: Wa-inna alddeena lawaqiAAun
En voorwaar, de (Dag der) Opstanding zal zeker plaatsvinden. (6)