Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٣٠ / صفحة ٥٨٢

An-Naba 1-30, Koran - Djuz' 30 - Pagina 582

Djuz'-30, Pagina-582 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-30, Pagina-582 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-30, Pagina-582 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  

سورة الـنبإ

Soera An-Naba

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

عَمَّ يَتَسَاءلُونَ ﴿١﴾
78/An-Naba-1: AAamma yatasaaloona
Waarover stellen zij elkaar vragen? (1)
عَنِ النَّبَإِ الْعَظِيمِ ﴿٢﴾
78/An-Naba-2: AAani alnnaba-i alAAatheemi
Over de geweldige aankondiging. (2)
الَّذِي هُمْ فِيهِ مُخْتَلِفُونَ ﴿٣﴾
78/An-Naba-3: Allathee hum feehi mukhtalifoona
Waarover zij redetwisten. (3)
كَلَّا سَيَعْلَمُونَ ﴿٤﴾
78/An-Naba-4: Kalla sayaAAlamoona
Nee! Zij zullen het weten. (4)
ثُمَّ كَلَّا سَيَعْلَمُونَ ﴿٥﴾
78/An-Naba-5: Thumma kalla sayaAAlamoona
Nogmaals nee, zij zullen het weten. (5)
أَلَمْ نَجْعَلِ الْأَرْضَ مِهَادًا ﴿٦﴾
78/An-Naba-6: Alam najAAali al-arda mihadan
Hebben Wij de aarde niet tot een uitgespreide plaats gemaakt? (6)
وَالْجِبَالَ أَوْتَادًا ﴿٧﴾
78/An-Naba-7: Waaljibala awtadan
En de bergen als pinnen? (7)
وَخَلَقْنَاكُمْ أَزْوَاجًا ﴿٨﴾
78/An-Naba-8: Wakhalaqnakum azwajan
En Wij hebben jullie in paren geschapen. (8)
وَجَعَلْنَا نَوْمَكُمْ سُبَاتًا ﴿٩﴾
78/An-Naba-9: WajaAAalna nawmakum subatan
En Wij hebben voor jullie de slaap gemaakt, als rust. (9)
وَجَعَلْنَا اللَّيْلَ لِبَاسًا ﴿١٠﴾
78/An-Naba-10: WajaAAalna allayla libasan
En Wij hebben de nacht als een bedekking gemaakt. (10)
وَجَعَلْنَا النَّهَارَ مَعَاشًا ﴿١١﴾
78/An-Naba-11: WajaAAalna alnnahara maAAashan
En Wij hebben de dag gemaakt om levensonderhoud te zoeken. (11)
وَبَنَيْنَا فَوْقَكُمْ سَبْعًا شِدَادًا ﴿١٢﴾
78/An-Naba-12: Wabanayna fawqakum sabAAan shidadan
En Wij hebben boven jullie zeven hechte hemelen gebouwd. (12)
وَجَعَلْنَا سِرَاجًا وَهَّاجًا ﴿١٣﴾
78/An-Naba-13: WajaAAalna sirajan wahhajan
En Wij hebben daarin een stralende lamp geplaatst. (13)
وَأَنزَلْنَا مِنَ الْمُعْصِرَاتِ مَاء ثَجَّاجًا ﴿١٤﴾
78/An-Naba-14: Waanzalna mina almuAAsirati maan thajjajan
En Wij hebben uit de wolken stromend water gezonden. (14)
لِنُخْرِجَ بِهِ حَبًّا وَنَبَاتًا ﴿١٥﴾
78/An-Naba-15: Linukhrija bihi habban wanabatan
Opdat Wij daarmee graan en planten voortbrengen. (15)
وَجَنَّاتٍ أَلْفَافًا ﴿١٦﴾
78/An-Naba-16: Wajannatin alfafan
En dichtbegroeide tuinen. (16)
إِنَّ يَوْمَ الْفَصْلِ كَانَ مِيقَاتًا ﴿١٧﴾
78/An-Naba-17: Inna yawma alfasli kana meeqatan
Voorwaar, de Dag van de Beoordeling is op een vastgesteld tijdstip. (17)
يَوْمَ يُنفَخُ فِي الصُّورِ فَتَأْتُونَ أَفْوَاجًا ﴿١٨﴾
78/An-Naba-18: Yawma yunfakhu fee alssoori fata/toona afwajan
De Dag waarop op de bazuin wordt geblazen zullen jullie komen, groep na groep. (18)
وَفُتِحَتِ السَّمَاء فَكَانَتْ أَبْوَابًا ﴿١٩﴾
78/An-Naba-19: Wafutihati alssamao fakanat abwaban
En de hemel wordt geopend en zij heeft vele poorten. (19)
وَسُيِّرَتِ الْجِبَالُ فَكَانَتْ سَرَابًا ﴿٢٠﴾
78/An-Naba-20: Wasuyyirati aljibalu fakanat saraban
En de bergen worden verpulverd en worden tot luchtspiegelingen. (20)
إِنَّ جَهَنَّمَ كَانَتْ مِرْصَادًا ﴿٢١﴾
78/An-Naba-21: Inna jahannama kanat mirsadan
Voorwaar, de Hel is als een hinderlaag. (21)
لِلْطَّاغِينَ مَآبًا ﴿٢٢﴾
78/An-Naba-22: Lilttagheena maaban
Een bestemmingsoord voor de overtreders. (22)
لَابِثِينَ فِيهَا أَحْقَابًا ﴿٢٣﴾
78/An-Naba-23: Labitheena feeha ahqaban
Zij verblijven eeuwig daarin. (23)
لَّا يَذُوقُونَ فِيهَا بَرْدًا وَلَا شَرَابًا ﴿٢٤﴾
78/An-Naba-24: La yathooqoona feeha bardan wala sharaban
Zij zullen daarin geen koelte en geen drank proeven. (24)
إِلَّا حَمِيمًا وَغَسَّاقًا ﴿٢٥﴾
78/An-Naba-25: Illa hameeman waghassaqan
Behalve kokend water en etter. (25)
جَزَاء وِفَاقًا ﴿٢٦﴾
78/An-Naba-26: Jazaan wifaqan
Als passende vergelding. (26)
إِنَّهُمْ كَانُوا لَا يَرْجُونَ حِسَابًا ﴿٢٧﴾
78/An-Naba-27: Innahum kanoo la yarjoona hisaban
Voorwaar, zij verwachtten nooit een afrekening. (27)
وَكَذَّبُوا بِآيَاتِنَا كِذَّابًا ﴿٢٨﴾
78/An-Naba-28: Wakaththaboo bi-ayatina kiththaban
En loochenden Onze Verzen geheel. (28)
وَكُلَّ شَيْءٍ أَحْصَيْنَاهُ كِتَابًا ﴿٢٩﴾
78/An-Naba-29: Wakulla shay-in ahsaynahu kitaban
En Wij hebben alle zaken in een Boek opgesomd. (29)
فَذُوقُوا فَلَن نَّزِيدَكُمْ إِلَّا عَذَابًا ﴿٣٠﴾
78/An-Naba-30: Fathooqoo falan nazeedakum illa AAathaban
Proeft daarom de straf, en er is voor jullie geen vermeerdering, behalve van de bestraffing. (30)