Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٩ / صفحة ١٧٨

Al-Anfal 9-16, Koran - Djuz' 9 - Pagina 178

Djuz'-9, Pagina-178 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
Djuz'-9, Pagina-178 - Koran recitatie door Maher Al Mueaqly
Djuz'-9, Pagina-178 - Koran recitatie door Mishary al Afasy
vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
إِذْ تَسْتَغِيثُونَ رَبَّكُمْ فَاسْتَجَابَ لَكُمْ أَنِّي مُمِدُّكُم بِأَلْفٍ مِّنَ الْمَلآئِكَةِ مُرْدِفِينَ ﴿٩﴾
8/Al-Anfal-9: Ith tastagheethoona rabbakum faistajaba lakum annee mumiddukum bi-alfin mina almala-ikati murdifeena
Toen jullie je Heer (bij de Slag bij Badr) om hulp vroegen en Hij jullie verhoorde (en zei:) "Ik zal jullie (leger) aanvullen met duizend Engelen die elkaar (in strijdgroepen) opvolgen." (9)
وَمَا جَعَلَهُ اللّهُ إِلاَّ بُشْرَى وَلِتَطْمَئِنَّ بِهِ قُلُوبُكُمْ وَمَا النَّصْرُ إِلاَّ مِنْ عِندِ اللّهِ إِنَّ اللّهَ عَزِيزٌ حَكِيمٌ ﴿١٠﴾
8/Al-Anfal-10: Wama jaAAalahu Allahu illa bushra walitatma-inna bihi quloobukum wama alnnasru illa min AAindi Allahi inna Allaha AAazeezun hakeemun
En Allah deed dat slechts om verheugende tij dingen te verkondigen en opdat jullie harten daardoor tot rust zouden komen. En er is geen hulp dan van bij Allah. Voorwaar, Allah is Almachtig, Alwijs. (10)
إِذْ يُغَشِّيكُمُ النُّعَاسَ أَمَنَةً مِّنْهُ وَيُنَزِّلُ عَلَيْكُم مِّن السَّمَاء مَاء لِّيُطَهِّرَكُم بِهِ وَيُذْهِبَ عَنكُمْ رِجْزَ الشَّيْطَانِ وَلِيَرْبِطَ عَلَى قُلُوبِكُمْ وَيُثَبِّتَ بِهِ الأَقْدَامَ ﴿١١﴾
8/Al-Anfal-11: Ith yughashsheekumu alnnuAAasa amanatan minhu wayunazzilu AAalaykum mina alssama-i maan liyutahhirakum bihi wayuthhiba AAankum rijza alshshaytani waliyarbita AAala quloobikum wayuthabbita bihi al-aqdama
(Gedenkt) toen Hij jullie met slaap bedekte, als middel ter beveiliging van Hem en Hij deed uit de hemel water op jullie neerdalen om jullie daarmee te reinigen en om de plaag van de Satan van jullie weg te nemen en om jullie harten te versterken en om jullie hielen te verstevigen. (11)
إِذْ يُوحِي رَبُّكَ إِلَى الْمَلآئِكَةِ أَنِّي مَعَكُمْ فَثَبِّتُواْ الَّذِينَ آمَنُواْ سَأُلْقِي فِي قُلُوبِ الَّذِينَ كَفَرُواْ الرَّعْبَ فَاضْرِبُواْ فَوْقَ الأَعْنَاقِ وَاضْرِبُواْ مِنْهُمْ كُلَّ بَنَانٍ ﴿١٢﴾
8/Al-Anfal-12: Ith yoohee rabbuka ila almala-ikati annee maAAakum fathabbitoo allatheena amanoo saolqee fee quloobi allatheena kafaroo alrruAAba faidriboo fawqa al-aAAnaqi waidriboo minhum kulla bananin
(Gedenk) toen jouw Heer aan de Engelen openbaarde: "Voorwaar, Ik ben met jullie, versterkt daarom degenen die geloven. Ik zal angst werpen in de harten van degenen die ongelovig zijn. Staat dan hun hoofden af en slaat al hun vingers en tenen af." (12)
ذَلِكَ بِأَنَّهُمْ شَآقُّواْ اللّهَ وَرَسُولَهُ وَمَن يُشَاقِقِ اللّهَ وَرَسُولَهُ فَإِنَّ اللّهَ شَدِيدُ الْعِقَابِ ﴿١٣﴾
8/Al-Anfal-13: Thalika bi-annahum shaqqoo Allaha warasoolahu waman yushaqiqi Allaha warasoolahu fa-inna Allaha shadeedu alAAiqabi
Dat was omdat zij Allah en Zijn Boodschapper bestreden, en wie tegen Allah en zijn Boodschapper strijdt: Allah is hard in de bestraffing. (13)
ذَلِكُمْ فَذُوقُوهُ وَأَنَّ لِلْكَافِرِينَ عَذَابَ النَّارِ ﴿١٤﴾
8/Al-Anfal-14: Thalikum fathooqoohu waanna lilkafireena AAathaba alnnari
Zo, (is de straf), proeft die dan: en voorwaar, voor de ongelovigen is er de bestraffing van de Hel. (14)
يَا أَيُّهَا الَّذِينَ آمَنُواْ إِذَا لَقِيتُمُ الَّذِينَ كَفَرُواْ زَحْفاً فَلاَ تُوَلُّوهُمُ الأَدْبَارَ ﴿١٥﴾
8/Al-Anfal-15: Ya ayyuha allatheena amanoo itha laqeetumu allatheena kafaroo zahfan fala tuwalloohumu al-adbara
O jullie die geloven, wanneer jullie degenen die ongelovig zijn ontmoeten, die tegen jullie optrekken, draait dan hen niet dc rug toe (om te vluchten). (15)
وَمَن يُوَلِّهِمْ يَوْمَئِذٍ دُبُرَهُ إِلاَّ مُتَحَرِّفاً لِّقِتَالٍ أَوْ مُتَحَيِّزاً إِلَى فِئَةٍ فَقَدْ بَاء بِغَضَبٍ مِّنَ اللّهِ وَمَأْوَاهُ جَهَنَّمُ وَبِئْسَ الْمَصِيرُ ﴿١٦﴾
8/Al-Anfal-16: Waman yuwallihim yawma-ithin duburahu illa mutaharrifan liqitalin aw mutahayyizan ila fi-atin faqad baa bighadabin mina Allahi wama/wahu jahannamu wabi/sa almaseeru
En wie op die dag hen de rug toedraait, anders dan om een wending te maken (als strategie), of om zich aan te sluiten bij een groep (medestrijders), waarlijk, die keert terug onder de toom van Allah en zijn verblijfplaats is de Hel. En dat is de slechtste bestemming. (16)