Nederlands [Veranderen]

Al-Ma'idah-107, Soera De Tafel Verset-107

5/Al-Ma'idah-107 - Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri
volgende
vorig
share on facebook  tweet  share on google  print  
107

Al-Ma'idah-107, Soera De Tafel Verset-107

Vergelijk alle Nederlandse vertalingen van Surah Al-Ma'idah - vers 107

سورة المائدة

Soera Al-Ma'idah

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

فَإِنْ عُثِرَ عَلَى أَنَّهُمَا اسْتَحَقَّا إِثْمًا فَآخَرَانِ يِقُومَانُ مَقَامَهُمَا مِنَ الَّذِينَ اسْتَحَقَّ عَلَيْهِمُ الأَوْلَيَانِ فَيُقْسِمَانِ بِاللّهِ لَشَهَادَتُنَا أَحَقُّ مِن شَهَادَتِهِمَا وَمَا اعْتَدَيْنَا إِنَّا إِذًا لَّمِنَ الظَّالِمِينَ ﴿١٠٧﴾
5/Al-Ma'idah-107: Fa-in AAuthira AAala annahuma istahaqqa ithman faakharani yaqoomani maqamahuma mina allatheena istahaqqa AAalayhimu al-awlayani fayuqsimani biAllahi lashahadatuna ahaqqu min shahadatihima wama iAAtadayna inna ithan lamina alththalimeena

Sofian S. Siregar

Maar indien van deze twee ontdekt wordt dat zij schuldig zijn aan zonde (mijneed laat dan twee anderen in hun plaats staan van degenen die meer recht hebben en meer verwant zijn, en laat hen bij Allah zweren: "Voorwaar, onze getuigenis is meer waarheidsgetrouw dan hun beider getuigenis en wij overtreden niet, voorwaar, anders zouden wij tot de onrechtplegers behoren."

Fred Leemhuis

Maar als uitkomt dat beiden zich aan een vergrijp schuldig gemaakt hebben, dan moeten er twee anderen in hun plaats komen uit het midden van hen tegen wie die twee zich vergrepen hadden; zij moeten dan bij God zweren: "Ons getuigenis is echt oprechter dan het getuigenis van hen beiden. Wij begaan geen overtredingen; als wij dat doen dan zullen wij bij de onrechtplegers behoren."

Salomo Keyzer

Maar indien het blijkt, dat beiden aan oneerlijkheid schuldig zijn geweest, zullen twee anderen in hunne plaats worden gesteld, van degenen die hen van valschheid hebben overtuigd, en wel de twee naasten in den bloede; en zij zullen bij God zweren, zeggende: Waarlijk, onze getuigenis is meer waar dan de getuigenis van deze beide; wij hebben niet pogen te verleiden; want dan zouden wij tot het getal der onrechtvaardigen behooren.
107