Nederlands [Veranderen]

القرآن الكريم / جزئها ٣٠ / صفحة ٥٩٩

Koran, Pagina 599 (Djuz' 30) recitatie door Mishary al Afasy

vorig
volgende
share on facebook  tweet  share on google  print  
جَزَاؤُهُمْ عِندَ رَبِّهِمْ جَنَّاتُ عَدْنٍ تَجْرِي مِن تَحْتِهَا الْأَنْهَارُ خَالِدِينَ فِيهَا أَبَدًا رَّضِيَ اللَّهُ عَنْهُمْ وَرَضُوا عَنْهُ ذَلِكَ لِمَنْ خَشِيَ رَبَّهُ ﴿٨﴾

سورة الـزلزلة

إِذَا زُلْزِلَتِ الْأَرْضُ زِلْزَالَهَا ﴿١﴾
وَأَخْرَجَتِ الْأَرْضُ أَثْقَالَهَا ﴿٢﴾
وَقَالَ الْإِنسَانُ مَا لَهَا ﴿٣﴾
يَوْمَئِذٍ تُحَدِّثُ أَخْبَارَهَا ﴿٤﴾
بِأَنَّ رَبَّكَ أَوْحَى لَهَا ﴿٥﴾
يَوْمَئِذٍ يَصْدُرُ النَّاسُ أَشْتَاتًا لِّيُرَوْا أَعْمَالَهُمْ ﴿٦﴾
فَمَن يَعْمَلْ مِثْقَالَ ذَرَّةٍ خَيْرًا يَرَهُ ﴿٧﴾
وَمَن يَعْمَلْ مِثْقَالَ ذَرَّةٍ شَرًّا يَرَهُ ﴿٨﴾

سورة الـعاديات

وَالْعَادِيَاتِ ضَبْحًا ﴿١﴾
فَالْمُورِيَاتِ قَدْحًا ﴿٢﴾
فَالْمُغِيرَاتِ صُبْحًا ﴿٣﴾
فَأَثَرْنَ بِهِ نَقْعًا ﴿٤﴾
فَوَسَطْنَ بِهِ جَمْعًا ﴿٥﴾
إِنَّ الْإِنسَانَ لِرَبِّهِ لَكَنُودٌ ﴿٦﴾
وَإِنَّهُ عَلَى ذَلِكَ لَشَهِيدٌ ﴿٧﴾
وَإِنَّهُ لِحُبِّ الْخَيْرِ لَشَدِيدٌ ﴿٨﴾
أَفَلَا يَعْلَمُ إِذَا بُعْثِرَ مَا فِي الْقُبُورِ ﴿٩﴾
٥٩٩
98/Al-Bayyinah-8: Jazaohum AAinda rabbihim jannatu AAadnin tajree min tahtiha al-anharu khalideena feeha abadan radiya Allahu AAanhum waradoo AAanhu thalika liman khashiya rabbahu
Hun beloningen bij hun Heer zijn de Tuinen van 'Adn (het Paradijs), waar de rivieren onder door stromen, zij zijn eeuwig levenden daarin, voor altijd. Allah is met hen behaagd en zij zijn met Hem behaagd. Dat is voor wie zijn Heer vreest. (8)

Soera Az-Zalzalah

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

99/Az-Zalzalah-1: Itha zulzilati al-ardu zilzalaha
Wanneer de aarde door haar beving wordt geschud. (1)
99/Az-Zalzalah-2: Waakhrajati al-ardu athqalaha
En de aarde haar lasten naar buiten keert. (2)
99/Az-Zalzalah-3: Waqala al-insanu ma laha
En de mens zegt: "Wat is er met haar aan de hand?" (3)
99/Az-Zalzalah-4: Yawma-ithin tuhaddithu akhbaraha
Op die Dag zal zij haar berichten bekendmaken. (4)
99/Az-Zalzalah-5: Bi-anna rabbaka awha laha
Omdat jouw Heer het haar bevolen heeft. (5)
99/Az-Zalzalah-6: Yawma-ithin yasduru alnnasu ashtatan liyuraw aAAmalahum
Op die Dag zullen de mensen in verschillende groepen tevoorschijn komen om hun daden te zien. (6)
99/Az-Zalzalah-7: Faman yaAAmal mithqala tharratin khayran yarahu
Wie iets goeds deed ter grootte van een mosterdzaadje, zal het dan zien. (7)
99/Az-Zalzalah-8: Waman yaAAmal mithqala tharratin sharran yarahu
En wie iets kwaads deed ter grootte van een mosterdzaadje, zal het dan zien. (8)

Soera Al-'Adiyat

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

100/Al-'Adiyat-1: WaalAAadiyati dabhan
Bij de snuivend voortrennenden. (1)
100/Al-'Adiyat-3: Faalmugheerati subhan
Die in de ochtendschemering aanvallen. (3)
100/Al-'Adiyat-4: Faatharna bihi naqAAan
Die daarbij stof opwerpen. (4)
100/Al-'Adiyat-5: Fawasatna bihi jamAAan
Die dan het midden van de gelederen (van de vijand) doorbreken. (5)
100/Al-'Adiyat-6: Inna al-insana lirabbihi lakanoodun
Voorwaar, de mens is zijn Heer zeker ondankbaar. (6)
100/Al-'Adiyat-7: Wa-innahu AAala thalika lashaheedun
En voorwaar, hij is daar zeker getuige van. (7)
100/Al-'Adiyat-8: Wa-innahu lihubbi alkhayri lashadeedun
En voorwaar, hij heeft zeker een hevige liefde voor bezit. (8)
100/Al-'Adiyat-9: Afala yaAAlamu itha buAAthira ma fee alquboori
Weet hij dan niet dat, wanneer naar buiten wordt gekeerd wat in de graven is. (9)
599