Nederlands [Veranderen]

Al-A'raf-169, Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri

volgende
vorig
share on facebook  tweet  share on google  print  
169

Al-A'raf-169, Koran recitatie door Abu Bakr al Shatri

Vergelijk alle Nederlandse vertalingen van Surah Al-A'raf - vers 169

سورة الأعراف

Soera Al-A'raf

Bismi Allahi alrrahmani alrraheemi

فَخَلَفَ مِن بَعْدِهِمْ خَلْفٌ وَرِثُواْ الْكِتَابَ يَأْخُذُونَ عَرَضَ هَذَا الأدْنَى وَيَقُولُونَ سَيُغْفَرُ لَنَا وَإِن يَأْتِهِمْ عَرَضٌ مُّثْلُهُ يَأْخُذُوهُ أَلَمْ يُؤْخَذْ عَلَيْهِم مِّيثَاقُ الْكِتَابِ أَن لاَّ يِقُولُواْ عَلَى اللّهِ إِلاَّ الْحَقَّ وَدَرَسُواْ مَا فِيهِ وَالدَّارُ الآخِرَةُ خَيْرٌ لِّلَّذِينَ يَتَّقُونَ أَفَلاَ تَعْقِلُونَ ﴿١٦٩﴾
7/Al-A'raf-169: Fakhalafa min baAAdihim khalfun warithoo alkitaba ya/khuthoona AAarada hatha al-adna wayaqooloona sayughfaru lana wa-in ya/tihim AAaradun mithluhu ya/khuthoohu alam yu/khath AAalayhim meethaqu alkitabi an la yaqooloo AAala Allahi illa alhaqqa wadarasoo ma

Sofian S. Siregar

En na hen kwamen er opvolgers die de Schrift (de Taurâh) erfden. Zij namen vergankelijke genietingen van dit (wereldse leven). En zij zeiden: "Wij zullen vergeven worden." En als dezelfde genie tingen tot hen komen, dan nemen zij die (weer) aan. Is er geen verbond van de Schirift met hen aangegaan dat ze over Allah niets dan de Waarheid zouden zeggen? En zij bestudeerden wat er in is. En het Huis van het Hiernamaals is beter voor degenen die (Allah) vrezen. Bwijpen jullie dan niet?

Fred Leemhuis

Toen werden zij daarna opgevolgd door opvolgers, die het boek erfden. Zij grijpen het stoffelijk gewin van deze tegenwoordige wereld aan en zeggen: "Het zal ons vergeven worden." En als een dergelijk stoffelijk gewin zich nog eens aan hen voordoet grijpen zij het aan. Is met hen niet het verdrag van het boek aangegaan dat zij over God alleen maar de waarheid zouden zeggen? En zij hebben wat erin staat bestudeerd. En de laatste woning is beter voor hen die godvrezend zijn. Hebben jullie dan geen verstand?

Salomo Keyzer

En eene nakomelingschap volgde hen op, die het boek der wet erfde en de tijdelijke goederen dezer wereld ontving, en zeide: Het zal ons zekerlijk worden vergeven; en indien hun een tijdelijk voordeel gelijk het vorige wordt aangeboden, nemen zij het mede aan. Is niet het verbond van het boek der wet met hen aangegaan, dat zij niets dan waarheid van God zouden spreken? Zij lezen echter thans ijverig wat daarin staat. Doch de genieting van het volgende leven zal beter voor degenen zijn, die God vreezen. Begrijpt gij dat niet?
169