يَا أَيُّهَا الَّذِينَ آمَنُواْ كُونُواْ قَوَّامِينَ بِالْقِسْطِ شُهَدَاء لِلّهِ وَلَوْ عَلَى أَنفُسِكُمْ أَوِ الْوَالِدَيْنِ وَالأَقْرَبِينَ إِن يَكُنْ غَنِيًّا أَوْ فَقَيرًا فَاللّهُ أَوْلَى بِهِمَا فَلاَ تَتَّبِعُواْ الْهَوَى أَن تَعْدِلُواْ وَإِن تَلْوُواْ أَوْ تُعْرِضُواْ فَإِنَّ اللّهَ كَانَ بِمَا تَعْمَلُونَ خَبِيرًا
﴿١٣٥﴾
Sofian S. Siregar
O jullie die geloven. Weest standvastigen ten aanzien van de gerechtigheid, als getuigen omwille van Allah. Zelfs tegenover jullie zelf of de kinderen en de verwanten, of het nu een rijke of een arme is (waartegen getuigd moet worden), want Allah kent hun belangen beter. Volgt niet de begeerte om niet rechtvaardig te zijn. En indien jullie verdraaien of je afwenden, dan voorwaar: Allah weet wat jullie doen.
Fred Leemhuis
Jullie die geloven! Weest standvastig in de gerechtigheid als getuigen voor God, al is het tegen jullie zelf of de ouders of de verwanten. Of het nu om een rijke of om een arme gaat, God staat hen beiden zeer na. Volgt dus niet je geneigdheid om niet rechtvaardig te zijn. Maar als jullie verdraaien of jullie afwenden, dan is God welingelicht over wat jullie doen.
Salomo Keyzer
O ware geloovigen! neemt de rechtvaardigheid in acht wanneer gij getuigenis voor God aflegt; zij het ook tegen u zelven, of uwe ouders, of betrekkingen, hetzij die arm of rijk mochten wezen; want God is meer waard dan zij beiden, volgt daarom niet uw eigen hartstocht, zoodat gij afwijkt. En indien gij weigert of u onttrekt, God is wel bekend met hetgeen gij doet.