وَالَّذِينَ آتَيْنَاهُمُ الْكِتَابَ يَفْرَحُونَ بِمَا أُنزِلَ إِلَيْكَ وَمِنَ الأَحْزَابِ مَن يُنكِرُ بَعْضَهُ قُلْ إِنَّمَا أُمِرْتُ أَنْ أَعْبُدَ اللّهَ وَلا أُشْرِكَ بِهِ إِلَيْهِ أَدْعُو وَإِلَيْهِ مَآبِ
﴿٣٦﴾
Sofian S. Siregar
Degenen aan wie Wij de Schrift hebben gegeven, verheugden zich over wat aan jou (O Moehammad) is neergezonden. Onder de bondgenoten zijn er die een gedeelte ervan ontkennen. Zeg: "Het is mij bevolen om alleen Allah te aanbidden en ik ken Hem geen deelgenoten toe. Alleen Hem roep ik aan, en tot Hem is mijn terugkeer.
Salomo Keyzer
Zij, aan wie wij de schriften hebben gegeven, verheugen zich in hetgeen hun werd geopenbaard. Maar er zijn sommigen der verbonden Arabieren, die een gedeelte daarvan loochenen. Zeg hun: Waarlijk mij werd bevolen, God alleen te aanbidden en niemand naast hem te plaatsen; hem roep ik aan, en tot hem zal ik terugkeeren.